ECLI:NL:RBZWB:2014:1895
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste en enige aanleg
- Rechtspraak.nl
Opheffing van de vereffening van een nalatenschap en publicatieplicht
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 17 maart 2014 uitspraak gedaan over een verzoek tot opheffing van de vereffening van de nalatenschap van Hubertus Adrianus Marinus Braspenning, die op 26 oktober 2013 is overleden. Verzoeker, Johannes Petrus Wilhelmus Braspenning, is de executeur van de beneficiair aanvaarde nalatenschap en heeft verzocht om de opheffing van de vereffening op grond van artikel 4:209 van het Burgerlijk Wetboek, omdat de waarde van de baten van de nalatenschap zo gering is dat het niet in het belang van de betrokkenen is om de vereffening voort te zetten. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de baten van de nalatenschap inderdaad zeer beperkt zijn en dat de kosten van publicatie in de Staatscourant en in twee nieuwsbladen niet opwegen tegen de voordelen, aangezien de belanghebbenden ook via internet geïnformeerd kunnen worden. Hierdoor is besloten dat de wettelijke publicatieplicht niet hoeft te worden nageleefd. De kantonrechter heeft de vereffeningkosten vastgesteld op € 1.353,61 en deze ten laste van de boedel gebracht. De beschikking zal bekendgemaakt worden via de website van de rechtspraak, wat in de huidige tijd een betere manier van informeren is dan de traditionele publicatiemiddelen. De beschikking is gegeven door mr. R.J.H. Goossens en kan door belanghebbenden binnen drie maanden na de uitspraak worden aangevochten.