Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.[gedaagde 1] ,
1.De procedure
- de dagvaarding tevens houdende de incidentele vordering tot afgifte van stukken ex artikel 843a Rv,
- de incidentele conclusie van antwoord met producties,
- de antwoordakte op de bij de incidentele conclusie overgelegde producties.
2.De feiten
veroordeelt [gedaagde cs] om de met [eiser] gesloten overeenkomst na te komen en veroordeelt [gedaagde cs] binnen één maand na het in deze te wijzen vonnis zijn medewerking te verlenen aan het passeren van een notariële akte (...) waarin de volgende afspraken zijn opgenomen:
de afspraak dat gedurende vijf jaar vanaf juni 2010 [eiser] op het genoemde schip blijft meevaren tegen een vergoeding van 50% van de bruto besomming;
de afspraak dat door [gedaagde cs] aan [eiser] worden overgedragen alle rechten ter zake de aan [gedaagde cs] toebehorende handkokkelvergunning behorende bij het schip;
veroordeelt [gedaagde cs] aan [eiser] over te dragen binnen één maand na het in deze te wijzen vonnis:alle rechten ter zake de aan [gedaagde cs] toebehorende handkokkelvergunning behorende bij het schip;”