ECLI:NL:RBZWB:2015:6290

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
25 september 2015
Publicatiedatum
29 september 2015
Zaaknummer
304955 HA RK 15-172
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Wraking
Rechters
  • A. Poerink
  • M. Schoonen
  • J. de Roos
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beslissing op verzoek tot verschoning van rechter in civiele procedure

Op 18 september 2015 heeft mr. Ides Peeters, kantonrechter, een verzoek ingediend om zich te mogen verschonen in een civiele procedure tussen Advocatenkantoor Osté en Verbraak Holding B.V. Dit verzoek is gedaan naar aanleiding van getuigenverhoren, waaruit bleek dat zijn dochter per 1 oktober 2015 in dienst zou treden bij het advocatenkantoor dat de gedaagde partij vertegenwoordigt. Mr. Peeters stelde dat deze situatie een schijn van partijdigheid met zich meebracht, wat hem noopte tot het indienen van het verzoek tot verschoning.

De verschoningskamer heeft het wettelijk kader uiteengezet, waarbij artikel 40 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) de basis vormt voor het verzoek tot verschoning. Dit artikel stelt dat rechters zich kunnen onttrekken aan een zaak indien er feiten of omstandigheden zijn die de onpartijdigheid in gevaar kunnen brengen. De verschoningskamer benadrukte dat de onafhankelijkheid en onpartijdigheid van de rechter voorop staan en dat er uitzonderlijke omstandigheden moeten zijn om aan te nemen dat een rechter niet onpartijdig is.

Na beoordeling van het verzoek concludeerde de verschoningskamer dat er voldoende redenen waren voor mr. Ides Peeters om zich te verschonen. De betrokkenheid van zijn dochter bij het advocatenkantoor van de gedaagde partij was zodanig dat het vertrouwen in zijn onpartijdigheid in het geding zou kunnen komen. De verschoningskamer heeft het verzoek tot verschoning dan ook toegewezen, waardoor de procedure met het bijbehorende zaaknummer voortgezet kan worden zonder de betrokkenheid van mr. Peeters.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Verschoningskamer
zaaknummer: 304955 HA RK 15-172
Beslissing op het verzoek tot verschoning ex artikel 40 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) van:
mr. Ides Peeters,kantonrechter,

1.Het procesverloop

Op 18 september heeft mr. Ides Peeters, voornoemd, belast met de behandeling van de zaak tussen Advocatenkantoor Osté te Oosterhout en Verbraak Holding B.V., gevestigd te Wagenberg (zaaknummer [zaaknummer 1] ), een verzoek ingediend om zich in die zaak te mogen verschonen. De zaak heeft betrekking op een tussen partijen bestaand geschil inzake de betaling van een geldsom ter zake verleende juridische bijstand. De gedaagde partij Verbraak Holding B.V. wordt in deze procedure vertegenwoordigd door mr. H.S. Memelink, advocaat te Etten-Leur.

2.Het verzoek

Mr. Ides Peeters legt aan zijn verzoek ten grondslag, dat hem, na in de zaak gehouden getuigenverhoren, bekend is geworden dat zijn dochter per 1 oktober 2015 of eerder bij het advocatenkantoor [kantoornaam] , bij welk kantoor [naam advocaat] als advocaat van Verbraak Holding B.V. werkzaam is, in dienst zal treden.
Dit maakt volgens mr. Ides Peeters dat zich een situatie voordoet als bedoeld in de artikelen 36 en 40 Rv. Vanwege een te vermijden schijn van partijdig verzoekt mr. Ides Peeters zich van de zaak te mogen onttrekken.

3.Het wettelijk kader

Op grond van artikel 40, eerste lid, Rv kan dat elk van de rechters die een zaak behandelen, verzoeken zich te mogen verschonen op grond van feiten of omstandigheden als bedoeld in artikel 36 Rv.
Ingevolge artikel 36 Rv kan elk van de rechters die een zaak behandelen op verzoek van een partij worden gewraakt op grond van feiten of omstandigheden waardoor de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen lijden.
In artikel 41, tweede lid, Rv wordt bepaald dat de meervoudige kamer zo spoedig mogelijk beslist. De beslissing is gemotiveerd en wordt onverwijld aan partijen en de rechter, die het verzoek had gedaan, medegedeeld.

4.De beoordeling

4.1
Uit artikel 41 Rv valt af te leiden dat de behandeling van een verschoningsverzoek, anders dan de behandeling van een wrakingsverzoek, niet ter terechtzitting behoeft plaats te vinden. De verschoningskamer zal daarom zonder mondelinge behandeling een beslissing nemen op het verzoek.
4.2
Verschoning is een middel ter verzekering van de onafhankelijkheid en onpartijdigheid van de rechter. Voorop dient te staan dat een rechter uit hoofde van zijn aanstelling moet worden vermoed onpartijdig te zijn, tenzij zich uitzonderlijke omstandigheden voordoen die zwaarwegende aanwijzingen opleveren voor het oordeel dat een rechter jegens een partij een vooringenomenheid koestert, althans dat de vrees dat daarvan sprake is objectief gerechtvaardigd is.
4.3
Van een gebrek aan onpartijdigheid kan, geheel afgezien van de persoonlijke instelling van de betrokken rechter, ook sprake zijn indien bepaalde feiten of omstandigheden grond geven te vrezen dat het een rechter in die omstandigheden aan onpartijdigheid ontbreekt. Alsdan dient de rechter zich van een beslissing in de zaak te onthouden, nu rechtzoekenden in het rechterlijk apparaat vertrouwen moeten kunnen stellen. Daarom valt onder omstandigheden ook rekening te houden met de uiterlijke schijn van partijdigheid of vooringenomenheid.
4.4
Uit het verzoek van mr. Ides Peeters blijkt dat er sprake is van zodanige (indirecte) betrokkenheid met de advocaat van gedaagde partij, dat hij zich daardoor niet meer voldoende vrij voelt om in onderhavige zaak te beslissen. De verschoningskamer ziet hierin een genoegzame grond voor verschoning. Het verzoek zal derhalve worden toegewezen.

5.De beslissing

De verschoningskamer
  • wijst het verzoek van mr. Ides Peeters tot verschoning toe;
  • bepaalt dat, met inachtneming van het toegewezen verzoek, de procedure met zaaknummer [zaaknummer 2] wordt voortgezet in de stand waarin de procedure zich bevond ten tijde van het indienen van het verzoek tot verschoning.
Deze beslissing is gegeven op 25 september 2015 door mrs. Poerink, voorzitter, en mrs. Schoonen en de Roos, leden, in tegenwoordigheid van de Jong, en in het openbaar uitgesproken.
--