3.1.Op grond van de onweersproken stellingen en producties gaat de rechtbank uit van de navolgende vaststaande feiten.
- Biretco (tot 23 september 2004 [bedrijfsnaam] ) is een full-service retailorganisatie in de rijwielbranche, met vele aangesloten winkels en vele contractleveranciers. Zij sluit serviceovereenkomsten/franchiseovereenkomsten af, inhoudende de rechten en verplichtingen van Biretco als franchisegever enerzijds en de franchisenemers anderzijds.
- [gedaagde sub 2] was vanaf 2000 tot 23 september 2004 financieel manager bij [bedrijfsnaam] en is vanaf 23 september 2004 statutair bestuurder (financieel directeur) van Biretco.
- [gedaagde sub 3] was van 1 januari 1996 tot 23 september 2004 statutair directeur van [bedrijfsnaam] en van 23 september 2004 tot 28 februari 2007 statutair bestuurder (algemeen directeur) van Biretco.
- Zeegerief is opgericht op 26 augustus 2004 en is houdster van alle aandelen van Biretco. [gedaagde sub 2] is vanaf 26 augustus 2004 statutair bestuurder van Zeegerief. [gedaagde sub 3] was van 26 augustus 2004 tot 1 maart 2007 statutair bestuurder van Zeegerief.
- [gedaagde sub 4] was bij [bedrijfsnaam X] (hierna: [bedrijfsnaam X] ) van 1 oktober 1996 tot 1 oktober 2002 werkzaam als financieel adviseur en senior adviseur en van 1 oktober 2002 tot 28 februari 2006 als manager financiële diensten. [bedrijfsnaam X] behoorde tot 1 april 2004 tot de Euretco groep en stelde tot maart 2006 voor leden van Biretco financiële bedrijfsanalyses (FBA’s) en financieringsaanvragen op. Vanaf begin 2005 is Biretco dat zelf voor haar leden gaan doen.
- [gedaagde sub 6] was van 12 oktober 2004 tot 28 augustus 2014 lid van de raad van commissarissen van Biretco.
- [eisers] exploiteerden in de vorm van een VOF [VOF eisers] een fietsenwinkel in [plaatsnaam B] en waren met deze fietsenwinkel vanaf 1999 aangesloten bij Biretco. In 2003 hebben [eisers] van [bedrijfsnaam] twee fietsenwinkels in [plaatsnaam C] overgenomen, [bedrijfsnaam Y] en [bedrijfsnaam Z] . Ook ten aanzien van deze twee winkels hebben [eisers] , althans heeft [VOF eisers] , met Biretco een serviceovereenkomst gesloten, te weten op 21 augustus 2003. Voorafgaande aan deze overname heeft [bedrijfsnaam X] op 11 juli 2003 voor [eisers] een financiële bedrijfsanalyse (FBA) en een financieringsaanvraag opgesteld. In 2004 hebben [eisers] nog een winkel in [plaatsnaam C] ( [bedrijfsnaam A] ) van overgenomen. Ten aanzien hiervan hebben zij, althans heeft de VOF op 27 april 2004 een serviceovereenkomst met Biretco gesloten.
- Op 6 oktober 2006 hebben [eisers] met betrekking tot hun winkels een zogenaamde ‘ [bedrijfsnaam B] ’-overeenkomst met Biretco c.s. gesloten. Op 8 oktober 2007 hebben [eisers] , althans heeft de VOF opnieuw een serviceovereenkomst met Biretco gesloten.
- Met ingang van 25 maart 2013 hebben [eisers] hun bedrijfsactiviteiten beëindigd.
3.2.1.Biretco c.s. betogen dat [eisers] niet in hun vorderingen kunnen worden ontvangen. Daartoe hebben zij het volgende aangevoerd. De vorderingen van [eisers] zijn gebaseerd op tussen Biretco en [VOF eisers] gesloten overeenkomsten. [VOF eisers] is per 25 maart 2013 ontbonden. Een VOF wordt in het rechtsverkeer behandeld als een zelfstandig rechtssubject met een afgescheiden vermogen dat zelfstandig aan het rechtsverkeer kan deelnemen. Alleen de VOF, en niet [eisers] , kon daarom een vordering in rechte instellen. Rectificatie vanwege een beweerdelijke verschrijving is niet aan de orde volgens Biretco c.s. [eisers] presenteren zich immers met zoveel woorden als voormalige vennoten van [VOF eisers] . Tot slot is niet gebleken dat [eisers] vorderingen van [VOF eisers] overgedragen hebben gekregen.
3.2.2.De rechtbank overweegt als volgt. Het gaat hier om een ontbonden VOF, die in het verleden overeenkomsten met Biretco heeft gesloten. [eisers] presenteren zich in de dagvaarding en in de conclusie in het incident als voormalige vennoten van [VOF eisers] die uit hoofde van hun vennootschappelijk verband in rechte optreden. De motivering van hun vorderingen heeft betrekking op de relatie tussen Biretco en [VOF eisers] en niet op een relatie tussen Biretco en hen persoonlijk. [eisers] maken aldus daarmee kenbaar dat zij optreden in hoedanigheid van deelgenoten van een ontbonden gemeenschap van een VOF. Artikel 3:189 lid 2 BW bepaalt dat voor de ontbonden gemeenschap van een VOF - onder meer - de eerste afdeling van boek 3, titel 7 BW van toepassing is. Die afdeling bevat artikel 3:171 BW dat bepaalt dat iedere deelgenoot bevoegd is tot het instellen van rechtsvorderingen ter verkrijging van een rechterlijke uitspraak ten behoeve van de - in dit geval ontbonden, maar nog wel bestaande - gemeenschap, tenzij een regeling anders bepaalt. Gesteld noch gebleken is dat een andersluidende regeling bestaat. Dat brengt mee dat zowel [eiser sub 1] als zijn echtgenote bevoegd zijn de vorderingen zoals die hierboven zijn weergegeven in te stellen nu deze ertoe strekken een rechterlijke uitspraak te verkrijgen ten behoeve van de - in dit geval ontbonden, maar nog wel bestaande - gemeenschap. Het verweer van Biretco c.s. wordt verworpen.