“De voorzieningenrechter:
Aan de orde heden is een gevoelige zaak. De zoon van gedaagden is in januari 2016 in deze rechtbank veroordeeld voor seksueel misbruik van de kinderen van eisers. (…).
Nu [naam zoon gedaagden] civielrechtelijk is geplaatst, is de heer [naam A] van de gemeente Moerdijk niet meer betrokken bij de zaak.
Mr. Mattheussens:
Op grond van deze nieuwe gegevens wens ik mijn eis aan te passen zodat de eisers rechtstreeks op de hoogte worden gebracht van data en tijdstippen dat de zoon van gedaagden, [naam zoon gedaagden] , op bezoek komt bij zijn ouders, op straffe van een dwangsom en met een veroordeling in de kosten van de procedure. (…)
De grondslag van de eis is de onrechtmatige daad. Er is voldaan aan de voorwaarden van de onrechtmatige daad. (…).
Mr. Timmermans-Roelands wil bij haar pleidooi ingaan op de onrechtmatige daad, zij heeft dat in haar pleitnota verwoord.
De voorzieningenrechter vraagt de raadsvrouw haar standpunt ten aanzien van de onrechtmatige daad thans mede te delen, zij zal later in de gelegenheid worden gesteld haar pleitnota voor te dragen.
(…).
De voorzieningenrechter:
Is het voor gedaagden een probleem om door te geven wanneer [naam zoon gedaagden] op bezoek komt bij gedaagden. Waar ligt precies het pijnpunt voor gedaagden?
Gedaagden:
In het begin hebben de gedaagden doorgegeven aan de eisers wanneer [naam zoon gedaagden] op bezoek kwam. Het werd toen iedere keer op social media gezet en dat bracht schade aan [naam zoon gedaagden] .
Mr. Timmermans-Roelands:
In overleg met BJZ is het bezoekmoment daarna niet meer doorgegeven. Het veroorzaakte veel onrust voor [naam zoon gedaagden] . Er waren iedere keer confrontaties in de buurt bij een bezoek.
(…)
Voorzieningenrechter:
Het gaat er om dat de kinderen rustig in hun huis kunnen zijn. Hoe kan dat vorm worden gegeven zodat er rust is aan beide kanten? Stel dat de gedaagden de bezoeken van [naam zoon gedaagden] melden en dat eisers afspreken dat zij dat niet op social media zullen zetten? Dat is in het belang van de kinderen van eisers en van dat van [naam zoon gedaagden] zelf. (…).
Mr. Timmermans-Roelands (…) verzoekt om een onderbreking van de behandeling ter zitting.
De voorzieningenrechter onderbreekt de behandeling teneinde partijen in de gelegenheid te stellen zich te beraden. Het onderzoek wordt daarna hervat.
Mr. Timmermans-Roelands:
Er is een dagvaarding waarop gereageerd mag worden. Thans wordt er al gesproken over een meldingsplicht waartegen de gedaagden geen verweer hebben mogen voeren. De gedaagden voelen zich gepasseerd. Eerst moeten de gedaagden gehoord worden. Dit is niet de gebruikelijke gang van zaken. Nu is al duidelijk hoe het vonnis komt te luiden.
Mr. Timmermans-Roelands wil een andere rechter.
De voorzieningenrechter deelt mede dat zij partijen in overweging heeft gegeven zich te beraden over hoe er eventueel vorm aan een melding van de bezoeken zou kunnen worden gegeven, zodat er rust komt aan beide kanten.
(…).
Mr. Timmermans-Roelands wraakt de voorzieningenrechter. Gedaagden willen nu geen vonnis.
Mr. Mattheussens merkt op dat hij het absoluut niet eens is met de wraking.
De voorzieningenrechter deelt mee dat de behandeling ter zitting wordt geschorst en dat het wrakingsverzoek zo spoedig mogelijk zal worden behandeld door een wrakingskamer.
(…).”