Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
[Gedaagde sub 1],
[Gedaagde sub 2],
[Gedaagde sub 3],
1.De procedure
- het tussenvonnis van 12 oktober 2016 met de daarin vermelde stukken,
- het proces-verbaal van descente van 19 oktober 2016,
- de akte na descente van de kant van eiser met productie nummer 16,
- een akte van depot ter griffie, waaruit blijkt dat mr. Lebbink een USB-stick in het geding brengt,
- de antwoordakte na descente van gedaagden.
2.Het geschil
3.De beoordeling
Genas, geneeskundig adviseurs schaderegelingen, van 3 mei 2016, waarin deze gemotiveerd tot uiting brengt dat in elk geval tot twee jaar na de ongeval datum gewacht moet worden voordat de eindsituatie opgemaakt kan worden. Nu gedaagden de visie van deze geneeskundig adviseur inhoudelijk niet hebben tegengesproken houdt de rechtbank het ervoor dat nog niet gesproken kan worden van het stadium van een medisch eindtoestand. Daarom zal de vordering van een schadevergoeding nader op te maken bij staat worden toegewezen, zoals hierna in de beslissing verwoord.