Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
beschikking beperking contact ouder met gezag en minderjarige
in de zaak van
[moeder minderjarige] , hierna te noemen de moeder,
LEGER DES HEILS JEUGDZORG & RECLASSERING, hierna te noemen de GI,
Het procesverloop
De feiten
Het verzoek
- In de maand na de beschikking drie keer in de week een uur omgang, waarbij de ouders in een ruime kamer omgang hebben met hun zoon, onder begeleiding van de pleegmoeder en een professional die de omgangsmomenten observeert en tips en adviezen voor de ouders noteert, zodat de ouders dit kunnen oppakken tijdens verdere bezoeken;
- In maand twee na de beschikking drie keer per week anderhalf uur omgang waarbij twee keer onder begeleiding van de pleegmoeder en indien nog nodig een professional om de ouder-kind contacten te observeren, waarbij de ouders zelf met pleegmoeder mogen indelen waar de omgang plaatsvindt; en één keer in de week de ouders onbegeleid contact hebben met [voornaam minderjarige] bij hen thuis, waarbij de ouders [voornaam minderjarige] ophalen en terugbrengen in het pleeggezin;
- In maand drie na de beschikking een evaluatie tussen de GI en de ouders, waarbij onderzocht en besproken kan worden of de omgangsregeling kan worden uitgebreid, waarbij de ouders een onbegeleide omgangsregeling krijgen bij voorkeur bij hen thuis, of een regeling gelet op een eventuele terugplaatsing in het belang van [voornaam minderjarige] is.
De beoordeling
De beslissing
's-Hertogenbosch