Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.De procedure
- de dagvaarding,
- de productieoverzichten van Poppodium 013 met de producties 1 tot en met 25,
- de brief van Podium 0113 van 30 juni 2017 met de producties 1 tot en met 4,
- de mondelinge behandeling op donderdag 6 juli 2017,
- de pleitnota van Poppodium 013,
- de pleitnota van Podium 0113.
2.Het geschil
a) elke inbreuk op de handelsnaamrechten van Poppodium 013 in Nederland,
b) elke inbreuk op de merkenrechten van Poppodium 013 in de Benelux en/of
c) elk onrechtmatig handelen zoals in het lichaam van de dagvaarding omschreven in Nederland, waarbij onder inbreukmakend en/of onrechtmatig handelen in ieder geval wordt verstaan ieder gebruik (op Internet dan wel anderszins) van het teken “0113” (al dan niet met de toevoeging “Podium”) ter onderscheiding van de diensten die verband houden met het organiseren van evenementen, muziek- en popfestivals, concerten, feesten, dance nights en restauratie;
3.De feiten
Poppodium 013 is tevens houdster van twee beeldmerken met de woorden “Podium Tilburg 013”, welke op 3 november 2010 onder de nummers 0890598 en 0890601 bij het BBIE zijn ingschreven voor de klassen 25, 41 en 43.
4.De beoordeling
uitsluitendbestaat uit de aanduiding van het kenmerk van het product (de waar of dienst). Dat is naar voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter niet het geval bij het merk “013” dat dient ter onderscheiding van de in 3.1. sub b vermelde waren en diensten van Poppodium 013.
5.De kostenveroordeling
6.000,00