Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
uitspraak van 20 september 2018 van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiseres] , te [vestigingsplaats 1] , eiseres,
Gedeputeerde Staten van de provincie Zeeland (GS), verweerder.
Procesverloop
Overwegingen
Feiten
- voor het vangen van grote Canadese ganzen, brandganzen en grauwe ganzen met behulp van een vangkooi en/of vangkraal;
- voor het doden van deze ganzen met gebruikmaking van middelen die op grond van de ‘Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden’ zijn toegelaten of vrijgesteld;
- in de periode van 15 mei tot 1 augustus, gedurende de geldigheidsduur van het ‘Faunabeheerplan Zeeland 2015 t/m 2019: ganzen’
- voor de grote Canadese ganzen en grauwe ganzen voor gronden binnen het werkgebied van de Faunabeheereenheid;
- en voor brandganzen voor gronden gelegen in de driecijferige postcodegebieden 431, 432, 469, 443 en 447, en de daaraan grenzende ruigebieden die niet zijn gelegen binnen een postcodegebied, binnen het werkgebied van de [derde partij] in de provincie Zeeland.
Causaal verband schade en aantallen ganzen
Belangrijke schade
belangrijkeschade aan gewassen. Volgens eiseres hebben GS niet getoetst aan de daarvoor geldende criteria.