Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Onderzoek van de zaak
2.De tenlastelegging
zij op of omstreeks 6 september 2016 te Breda [Slachtoffer] heeft mishandeld door hem in het gezicht, althans tegen het hoofd, te slaan en/of te stompen;
zij op of omstreeks 3 december 2016 te Breda, met een ander of anderen, op of aan de openbare weg, Weerijssingel, in elk geval op of aan de openbare weg, openlijk in vereniging geweld heeft gepleegd tegen [Slachtoffer] , welk geweld bestond uit:
- het duwen van die [Slachtoffer] , ten gevolge waarvan die [Slachtoffer] op de grond is gevallen en/of
- het vastthouden van deze [Slachtoffer] en/of
- (vervolgens) het meerdere malen, althans eenmaal, slaan en/of stompen en/of schoppen tegen het lichaam van die [Slachtoffer] , ook terwijl die [Slachtoffer] op de grond lag.
3.De voorvragen
4.De beoordeling van het bewijs
- het duwen van die [Slachtoffer] , ten gevolge waarvan die [Slachtoffer] op de grond is gevallen en
- het vasthouden van deze [Slachtoffer] en
- vervolgens het meerdere malen slaan en schoppen tegen het lichaam van die [Slachtoffer] , ook terwijl die [Slachtoffer] op de grond lag.
5.De strafbaarheid
6.De strafoplegging
7.De benadeelde partij
8.De wettelijke voorschriften
9.De beslissing
spreekt verdachte vrijvan het onder 1 tenlastegelegde feit;
een taakstraf van 90 uren;
vervangende hechteniszal worden toegepast van
45 dagen;