ECLI:NL:RBZWB:2019:5176

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
20 november 2019
Publicatiedatum
22 november 2019
Zaaknummer
8027912 OV VERZ 19-7882
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
  • mr. Ketelaars-Mast
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek tot handlichting voor minderjarige met betrekking tot aandelen in een besloten vennootschap

In deze beschikking van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, uitgesproken op 20 november 2019, is een verzoek tot handlichting behandeld van Emma Larissa de Kruif, geboren op 8 februari 2002. Het verzoek is ingediend op 9 september 2019 en betreft de verkrijging van bevoegdheden van een meerderjarige om aandelen te kopen in de besloten vennootschap NeoVia, die een kinderdagverblijf exploiteert. Tijdens de mondelinge behandeling op 5 november 2019 waren verzoekster en haar ouders aanwezig. De kantonrechter heeft het verzoek aangehouden voor nadere stukken, die op 11 november 2019 zijn ontvangen.

De kantonrechter heeft vastgesteld dat verzoekster inmiddels 17 jaar oud is en dat haar ouders instemmen met het verzoek. De beoordeling van het verzoek is gebaseerd op het belang van de minderjarige. De kantonrechter heeft geoordeeld dat het verzoek kan worden toegewezen, mede omdat er een winstuitkering aan verzoekster zal plaatsvinden, waardoor het risico voor haar minimaal is. De kantonrechter heeft ook gewezen op de publicatieplicht van de beschikking, waarbij is bepaald dat publicatie in de Staatscourant achterwege kan blijven en in plaats daarvan op de website van de rechtspraak zal plaatsvinden. Verzoekster dient de handlichting ook bekend te maken in het regionale dagblad "Brabants Dagblad".

De beschikking is openbaar uitgesproken en tegen deze beschikking kan hoger beroep worden ingesteld. De kantonrechter verleent handlichting aan Emma Larissa de Kruif voor de aankoop van 900 aandelen van de besloten vennootschap NeoVia, met bijbehorende bevoegdheid om zeggenschap over die aandelen uit te oefenen.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Cluster I Civiele kantonzaken
Tilburg
zaaknummer 8027912 OV VERZ 19-7882
beschikking van 20 november 2019 op een verzoek tot handlichting
van:
Emma Larissa de Kruif, geboren op 8 februari 2002 in Goirle,
wonende te [postcode] Goirle, [adres] ,
hierna te noemen: verzoekster.

1.De procedure

1.1
De kantonrechter heeft kennis genomen van een op 9 september 2019 door de griffie ontvangen verzoekschrift (hierna: het verzoek), waarin wordt gevraagd handlichting als bedoeld in artikel 1:235 van het Burgerlijk Wetboek (hierna: BW) te verkrijgen.
1.2
Het verzoek is mondeling behandeld op 5 november 2019 in aanwezigheid van verzoekster en haar ouders: de heer P.W.G.M. de Kruif en mevrouw M.G.P. Musters-de Kruif.
1.3
Vervolgens heeft de kantonrechter het verzoek aangehouden in afwachting van nadere stukken ter onderbouwing van het verzoek. Deze stukken zijn op 11 november 2019 ter griffie ontvangen.
1.4
Tot slot is de uitspraak van de beschikking bepaald.

2.Het verzoek en de beoordeling daarvan

2.1
Het verzoek strekt ertoe om bevoegdheden te verwerven van een meerderjarige. De reden hiervoor is dat verzoekster voor een niet aanmerkelijk belang (minder dan 5% van de) aandelen wenst te kopen van de besloten vennootschap NeoVia, genoemd Kinderdagverblijf
De Vlinderboom, te Goirle (KvK 17261584), welke vennootschap is opgericht door haar ouders. Volgens verzoekster kan zij met de opbrengst van voornoemde aandelen de komende jaren haar studie (PABO) financieren.
2.2
Op grond van het bepaalde in artikel 1:235 BW kunnen aan een minderjarige die de leeftijd van 16 jaar heeft bereikt bepaalde bevoegdheden van een meerderjarige worden toegekend.
2.3
Bij de beoordeling van het verzoek moet de kantonrechter zich laten leiden door het belang van de minderjarige en beoordelen of de gevraagde handlichting verantwoord kan worden geacht.
2.4
De kantonrechter stelt vast dat verzoekster de leeftijd van 17 jaar heeft bereikt. De kantonrechter stelt verder vast dat het gezag over de minderjarige verzoekster toekomt aan beide ouders en dat de ouders instemmen met het door hun minderjarige dochter gedane verzoek.
2.5
Gelet op hetgeen tijdens de mondelinge behandeling is besproken en naar aanleiding van de daarna ontvangen stukken, is de kantonrechter van oordeel dat het verzoek kan worden toegewezen, zoals hierna in de beslissing is weergegeven. In dit verband wil de kantonrechter benadrukken dat zij met name overgaat tot het verlenen van de gevraagde handlichting omdat tijdens de mondelinge behandeling is toegezegd, wat later in toegezonden stukken schriftelijk is bevestigd, dat er nog in 2019 een winstuitkering zal plaatsvinden aan verzoekster. Daardoor heeft verzoekster dit jaar nog haar inleg terugverdiend en is het risico voor de komende maanden (in ieder geval tot zij meerderjarig wordt) minimaal.
2.6
De kantonrechter wijst voor de goede orde nog op het bepaalde in het derde lid van artikel 1:235 BW, waarin is bepaald dat de minderjarige door de handlichting niet bekwaam wordt tot het beschikken over registergoederen, effecten of door hypotheek gedekte vorderingen.
2.7
Met betrekking tot de publicatieplicht, zoals voorgeschreven in artikel 1:237 BW, oordeelt de kantonrechter als volgt. In dit artikel is bepaald dat de beschikking waarin de handlichting is verleend, bekend moet worden gemaakt in de Staatscourant en in twee bij de benoeming voorgeschreven dagbladen. De bedoeling van de wetgever daarbij is geweest dat op die manier zo veel mogelijk personen kennis kunnen nemen van deze handlichting. In de huidige samenleving is echter toegang tot internet voor een ieder beschikbaar en publicatie van de handlichting via internet heeft naar het oordeel van de kantonrechter eenzelfde, zo niet een praktisch gezien, ruimer bereik dan de nog bij wet voorgeschreven wijze van publicatie in de Staatcourant en twee dagbladen. Bovendien is de voorgeschreven wijze van bekendmaking kostbaar en omslachtig. De kantonrechter zal dan ook bepalen dat publicatie in de Staatscourant achterwege kan blijven en bepalen dat de (door de griffie geïnitieerde) publicatie op www.rechtspraak.nl daarvoor in de plaats komt. Verder zal één regionaal dagblad worden aangewezen waarin verzoekster de haar verleende handlichting dient te laten publiceren.
2.8
Verzoekster zal er overigens rekening mee moeten houden dat de verleende handlichting niet eerder geldt dan dat de publicatie een feit is.

3.De beslissing

De kantonrechter:
verleent aan Emma Larissa de Kruif, geboren op 8 februari 2002 in Goirle, wonende te
[postcode] Goirle, [adres] , handlichting tot de aankoop van 900 aandelen ten bedrage van € 1,00 per stuk van de besloten vennootschap NeoVia, genoemd Kinderdagverblijf
De Vlinderboom, te Goirle (KvK 17261584), met bijbehorende bevoegdheid om zeggenschap over die aandelen uit te voeren;
bepaalt dat publicatie van de handlichting in de Staatscourant achterwege kan blijven en dat deze beschikking in plaats daarvan (door tussenkomst van de griffier) op de website www.rechtspraak.nl zal worden gepubliceerd;
bepaalt dat Emma Larissa de Kruif deze handlichting voor haar eigen rekening en zo spoedig mogelijk bekend dient te maken in het dagblad “Brabants Dagblad”.
Deze beschikking is gegeven door mr. Ketelaars-Mast en is in het openbaar uitgesproken op 20 november 2019.
Tegen deze beschikking kan hoger beroep worden ingesteld:
a. door de verzoekster en door de in de procedure verschenen belanghebbenden: binnen drie maanden te rekenen van de dag van de uitspraak;
b. door andere belanghebbenden: binnen drie maanden na de betekening van de beschikking of nadat deze hun op andere wijze bekend is geworden.
Het beroepschrift moet door tussenkomst van een advocaat worden ingediend bij het gerechtshof te 's-Hertogenbosch.