ECLI:NL:RBZWB:2020:2174

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
15 mei 2020
Publicatiedatum
15 mei 2020
Zaaknummer
C/02/370737 / KG ZA 20-168
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
  • M. van 't Nedereind
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Executiegeschil over beslag op aandelen en opheffing daarvan

In deze zaak, die zich afspeelt voor de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, hebben de eiseressen, Personnel Search BV en Personnel Search IT Recruitment BV, een kort geding aangespannen tegen de gedaagde, Pro Service BV, met als doel het opheffen van een beslag op aandelen. De eiseressen stellen dat de termijn voor executie, zoals vastgesteld in een eerdere beschikking van de rechtbank, ongebruikt is verstreken. De eiseressen vorderen dat de voorzieningenrechter het beslag opheft, omdat Pro Service geen actie heeft ondernomen om de aandelen te verkopen binnen de gestelde termijn van 12 maanden. De eiseressen betogen dat het beslag niet meer kan leiden tot het doel waarvoor het is gelegd, en dat Pro Service misbruik maakt van recht door het beslag te handhaven zonder de executie te vervolgen.

Pro Service voert verweer en stelt dat er nog steeds mogelijkheden zijn voor het verlengen van de termijn voor verkoop van de aandelen. De voorzieningenrechter overweegt dat, hoewel de termijn is verstreken, er geen wettelijke bepaling is die het vervallen van het beslag bij het verstrijken van de termijn regelt. De rechter maakt een belangenafweging en concludeert dat Pro Service een in redelijkheid te respecteren belang heeft bij het handhaven van het beslag, aangezien het beslag is gelegd ter verzekering van een vordering die nog niet is voldaan. De vorderingen van de eiseressen worden afgewezen, en zij worden veroordeeld in de proceskosten van Pro Service.

Het vonnis is uitgesproken op 15 mei 2020 door mr. M. van 't Nedereind, en de proceskosten aan de zijde van Pro Service zijn begroot op € 656,00.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Cluster II Handelszaken
Breda
zaaknummer / rolnummer: C/02/370737 / KG ZA 20-168
Vonnis in kort geding van 15 mei 2020
in de zaak van
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
PERSONNEL SEARCH BV,
gevestigd te Breda,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
PERSONNEL SEARCH IT RECRUITMENT BV,
gevestigd te Breda,
eiseressen,
advocaat mr. A.J. van der Knijff te Breda,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
PRO SERVICE BV,
gevestigd te Etten-Leur,
gedaagde,
verschenen.
Eiseressen zullen hierna afzonderlijk Personnel Search en PSIT en gezamenlijk Personnel Search c.s. worden genoemd. Gedaagde zal hierna Pro Service worden genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding van 8 april 2020, met producties genummerd 1 tot en met 5,
  • het faxbericht d.d. 30 april 2020, van de zijde van Personnel Search c.s. met één bijlage,
  • de mondelinge behandeling, gehouden via telehoren op 1 mei 2020,
  • de pleitnota van Personnel Search c.s.,
  • de pleitnota van Pro Service.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.Het geschil

2.1.
Personnel Search c.s. vordert dat de voorzieningenrechter bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, Pro Service veroordeelt:
a.
primairom te bepalen dat de voorzieningenrechter het beslag opheft, danwel dat dit als opgeheven dient te worden beschouwd en [naam A] , gerechtsdeurwaarder te Oosterhout (NB) machtigt om op basis van het ten dezen te wijzen vonnis notitie aan te brengen in het aandelenregister van PSIT BV dat het op de aandelen nummers 42.501 tot en met 75.000 is doorgehaald (op grond van het vonnis);
b.
subsidiairom binnen 2 dagen na betekening van het in deze te wijzen vonnis over te gaan tot opheffing van het beslag op de aandelen nummers 42.501 tot en met 75.000 in het kapitaal van de besloten vennootschap PSIT en doorhaling van dat beslag in het aandeelhoudersregister, zulks op straffe van een aan Personnel Search te verbeuren dwangsom van € 1.000,00 per dag waarmee Pro Service in gebreke blijft aan deze veroordeling te voldoen;
c.
meer subsidiair, om binnen 2 dagen na betekening van het in deze te wijzen vonnis en na voldoening aan door u ten deze te stellen voorwaarden, over te gaan tot opheffing van het beslag op de aandelen nummers 42.501 tot en met 75.000 in het kapitaal van de besloten vennootschap PSIT en doorhaling van dat beslag in het aandeelhoudersregister, zulks op straffe van een aan Personnel Search te verbeuren dwangsom van € 1.000,00 per dag waarmee Pro Service in gebreke blijft aan deze veroordeling te voldoen;
d. in de kosten van deze procedure.
2.2.
Pro Service voert verweer.
2.3.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

3.De beoordeling

3.1.
Als enerzijds gesteld en anderzijds niet of onvoldoende gemotiveerd weersproken, alsmede op grond van de onbetwiste inhoud van de producties, staat tussen partijen het volgende vast:
  • Bij vonnis van 11 april 2018 van deze rechtbank, Cluster I Civiele Kantonzaken, is Personnel Search veroordeeld om een bedrag van € 13.843,83, te vermeerderen met rente en kosten, aan Pro Service te voldoen.
  • Op 1 mei 2018 heeft Personnel Search, uit krachte van het vonnis van 11 april 2018, ten laste van Personnel Search, executoriaal derdenbeslag laten leggen op de aandelen die Personnel Search houdt in het kapitaal van PSIT.
  • Bij arrest van 9 april 2019 heeft het Gerechtshof ’s-Hertogenbosch het vonnis van 11 april 2018 bekrachtigd en Personnel Search veroordeeld in de kosten van het hoger beroep.
  • Bij beschikking van 12 november 2018 heeft de rechtbank beslist op het door Pro Service ingediende verzoek ex artikel 474g Rv. De rechtbank heeft daarbij – voor zover van belang – het volgende beslist:
1) verleent aan Pro Service verlof tot verkoop van de in beslag genomen aandelen nummer 42.501 tot en met 75.000, dit met inachtneming van de ter zake geldende wettelijke en statutaire bepalingen,
2) bepaalt dat de aandelen, conform de statuten van PSIT, eerst aan de medeaandeelhouder moeten worden aangeboden,
3) bepaalt dat, indien de medeaandeelhouder niet tot koop van de aandelen wenste over te gaan, de deurwaarder zo spoedig mogelijk, maar in ieder geval binnen twaalf maanden na de datum van de beschikking, overgaat tot executoriale verkoop en overdracht van de aandelen middels een openbare veiling.
3.2.
Personnel Search c.s. legt aan haar vordering – samengevat – het volgende ten grondslag. Bij beschikking d.d. 12 november 2018 heeft de rechtbank op basis van artikel 474g Rv bepaald dat binnen 12 maanden tot verkoop en overdracht van de aandelen moest worden overgegaan, welke termijn op 12 november 2019 is verstreken. Pro Service heeft in de periode 12 november 2018 - 12 november 2019 geen actie ondernomen. Het beslag op de aandelen staat nog immer ingeschreven in het aandeelhoudersregister van Personnel Search. Personnel Search wenst over de aandelen te kunnen beschikken en heeft diverse malen aan Pro Service gevraagd om medewerking te verlenen ter zake, maar Pro Service weigert dit. Voor de bedrijfsvoering van PSIT is het essentieel dat men op korte termijn helderheid krijgt over het beslag. Personnel Search c.s. stelt zich op het standpunt dat, nu de termijn om tot executie te komen ongebruikt is verstreken, het beslag moet worden opgeheven, nu dit beslag niet meer kan leiden tot het doel waartoe het is gelegd, namelijk executieverkoop van de aandelen binnen de voorwaarden die door de rechtbank zijn geformuleerd. Pro Service maakt misbruik van recht, juist door niet te executeren en de onduidelijke situatie tot het oneindige te willen rekken. Het niet executeren binnen de termijn is geheel terug te voeren op het eigen nalaten van Pro Service, zodat het niet redelijk is dat Personnel Search c.s. de negatieve gevolgen van de inactiviteit van Pro Service moet dragen.
3.3.
Pro Service heeft verweer gevoerd. Op dat verweer en op hetgeen partijen verder ter ondersteuning van hun standpunten hebben aangevoerd, zal in het hiernavolgende – voor zover van belang – nader worden ingegaan.
3.4.
Het geschil betreft een executiegeschil, waarbij de spoedeisendheid voortvloeit uit de aard van het geschil. De voorzieningenrechter ontleent zijn bevoegdheid bovendien rechtstreeks aan het tweede lid van artikel 438 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv).
3.5.
In een executiegeschil kan de voorzieningenrechter op grond van artikel 438 Rv een beslag opheffen, indien hij van oordeel is dat de executant mede gelet op de belangen aan de zijde van de geëxecuteerde die door de executie zullen worden geschaad - geen in redelijkheid te respecteren belang heeft bij gebruikmaking van zijn bevoegdheid tot tenuitvoerlegging over te gaan.
3.6.
Personnel Search c.s. voert aan dat Pro Service haar bevoegdheid tot het laten liggen van het beslag op de aandelen gebruikt met een ander doel (namelijk enkel als drukmiddel), dan waarvoor zij bedoeld is (het verkrijgen van verhaal). Pro Service heeft haar mogelijkheid tot het verkrijgen van verhaal door middel van een executoriale verkoop van de aandelen immers niet gebruikt. Personnel Search c.s. stelt zich op het standpunt dat, gelet op het verstrijken van de in de beschikking van 12 november 2018 gegeven termijn voor verkoop van de aandelen en de omstandigheid dat Pro Service niet (tijdig) om verlenging van de termijn heeft verzocht, executoriale verkoop van de aandelen in het geheel niet meer mogelijk is.
3.7.
Pro Service heeft de stellingen van Personnel Search c.s. betwist. Zij stelt zich op het standpunt dat verlenging van de termijn alsnog mogelijk is. Pro Service heeft gesteld ook voornemens te zijn een dergelijk verzoek in te dienen, zodat alsnog tot verkoop van de belagen aandelen overgegaan kan worden. De reden van het verstrijken van de reeds door de rechtbank bepaalde termijn is gelegen in het feit dat partijen buiten rechte in onderhandeling waren hetgeen potentieel succesvol leek, maar dat niet is geweest.
3.8.
De voorzieningenrechter stelt voorop dat in deze procedure niet ter beoordeling voorligt of aan Pro Service een verlenging van de termijn om tot executoriale verkoop van de aandelen over te gaan, moet worden verleend. Op dit moment staat nog niet vast of executoriale verkoop van de aandelen nog mogelijk gaat zijn. De termijn waarbinnen het verlof tot verkoop geldig was, is weliswaar verstreken, maar Pro Service heeft verklaard voornemens te zijn een nieuw verzoek tot verlof voor verkoop van de aandelen in te dienen. Personnel Search c.s. bepleit dat het verlenen van een nieuw verlof niet mogelijk is. De mogelijkheid tot verlenging van de termijn voor verkoop van de aandelen valt echter niet op voorhand uit te sluiten, nu in de wet geen bepaling is opgenomen dat een executoriaal beslag op aandelen vervalt op het moment dat niet binnen de door de rechtbank bepaalde termijn is overgegaan tot verkoop van de betreffende aandelen en de wet de mogelijkheid tot verlenging van de termijn niet expliciet uitsluit.
3.9.
Gelet op het in r.o. 3.5. genoemd toetsingskader dient de voorzieningenrechter een belangenafweging te maken.
Beide partijen hebben ter mondelinge behandeling toegelicht dat zij, tot voor kort, buiten rechte hebben geprobeerd om tot een oplossing te komen, waarbij het geschil tussen hen vele malen groter is dan het geschil dat aan de kantonrechter is voorgelegd en waarvoor een titel tot tenuitvoerlegging bestaat. Pro Service stelt een veel hogere totaalvordering op Personnel Search te hebben, dan het bedrag dat zij reeds op basis van de titel kan executeren en wenst dit totaalbedrag dan ook te ontvangen van Personnel Search. Personnel Search wil enkel voldoen aan de veroordeling zoals opgenomen in het bekrachtigde vonnis van de kantonrechter tegen finale kwijting, dus voor het totale geschil tussen partijen.
Het executoriaal beslag is gelegd ter verzekering van het verhaal van de in het bekrachtigde vonnis van de kantonrechter opgenomen veroordeling. Uitgangspunt is dat aan die veroordeling door Personnel Search moet worden voldaan, hetgeen tot op heden nog niet is gebeurd. Personnel Search heeft aangegeven niet over de financiële middelen te beschikken om aan deze veroordeling te voldoen. Hoewel dit zich slecht verhoudt met het feit dat zij wel bereid (en kennelijk in staat) was om tot betaling over te gaan tegen finale kwijting, biedt verkoop van de beslagen aandelen voor Pro Service dus nog steeds een, wellicht de enige, mogelijkheid tot het verkrijgen van verhaal van haar vordering. Pro Service heeft dan ook wel degelijk een in redelijkheid te respecteren belang bij gebruikmaking van haar bevoegdheid om het beslag op de aandelen te handhaven en over te gaan tot verkoop van deze aandelen. Van misbruik van bevoegdheid is naar het oordeel van de voorzieningenrechter, op dit moment, dan ook geen sprake. De vorderingen van Personnel Search c.s. zullen dan ook worden afgewezen.
3.10.
Personnel Search c.s. zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van Pro Service worden begroot op
€ 656,00 aan griffierecht.

4.De beslissing

De voorzieningenrechter
4.1.
wijst de vorderingen af,
4.2.
veroordeelt Personnel Search c.s. in de proceskosten, aan de zijde van Pro Service tot op heden begroot op € 656,00,
4.3.
verklaart voornoemde proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. Van 't Nedereind en in het openbaar uitgesproken op 15 mei 2020. [1]

Voetnoten

1.type: