ECLI:NL:RBZWB:2020:2597
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens niet tijdige betaling griffierecht
In deze zaak heeft eiseres, woonachtig in [plaatsnaam], beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Sluis. Eiseres heeft op 13 maart 2020 haar beroep ingediend, maar is niet tijdig in gebreke gesteld met betrekking tot de betaling van het griffierecht. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiseres op 29 maart 2020 is gewezen op de verplichting tot betaling van het griffierecht en dat zij dit bedrag binnen twee weken diende te voldoen. Echter, de rechtbank constateert dat het griffierecht niet binnen de gestelde termijn is ontvangen. Hierdoor is het beroep kennelijk niet-ontvankelijk verklaard. De rechtbank heeft de zaak zonder behandeling ter zitting afgedaan, conform de artikelen 8:41 en 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De uitspraak is gedaan door rechter P.H.J.G. Römers, in aanwezigheid van griffier E.A. Vermunt, en is openbaar uitgesproken op 18 juni 2020. Partijen hebben de mogelijkheid om verzet aan te tekenen tegen deze uitspraak binnen zes weken na verzending.