ECLI:NL:RBZWB:2020:3036
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Voorlopige voorziening
- T. Peters
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot aanwijzing van gebouwen als gemeentelijk monument door de voorzieningenrechter
Op 14 juli 2020 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in de zaak tussen de vereniging "De Westbrabantse Molens" en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Bergen op Zoom. De vereniging had bezwaar gemaakt tegen een besluit van het college van 31 maart 2020, waarin het verzoek om het molenerf en de gebouwen bij de Sint Antoniusmolen in Halsteren als gemeentelijk monument aan te wijzen, werd afgewezen. De vereniging verzocht de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening te treffen, omdat zij vreesde dat de gebouwen gesloopt zouden worden.
Tijdens de zitting op 3 juli 2020 werd duidelijk dat er geen spoedeisend belang was bij het treffen van een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter overwoog dat het college had verklaard dat de beslissing op het bezwaar van de vereniging naar verwachting in oktober 2020 genomen zou worden. Bovendien gaven de betrokken partijen aan dat er geen concrete plannen waren voor sloop van de gebouwen voordat er duidelijkheid was over de bouw van de zorginstelling "Zorghuys". De voorzieningenrechter concludeerde dat er geen reden was om aan te nemen dat de gebouwen in de tussentijd gesloopt zouden worden.
Daarom heeft de voorzieningenrechter het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen. De uitspraak werd gedaan door mr. T. Peters, in aanwezigheid van griffier mr. W.J.C. Goorden, en is openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl. Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.