Uitspraak
1.Onderzoek van de zaak
2.De tenlastelegging
3.De voorvragen
4.De beoordeling van het bewijs
5.De strafbaarheid
6.De strafoplegging
7.De benadeelde partijen
8.De wettelijke voorschriften
9.De beslissing
van het misdrijf heeft verschaft door middel van inklimming;
een gevangenisstraf van 30 maanden, waarvan 10 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaar;
algemene voorwaardedat verdachte zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
bijzondere voorwaarden:
een ontzegging van de bevoegdheid om motorrijtuigen te besturen van 18 maanden;
€ 500,- ter zake van immateriële schade en vermeerderd met de wettelijke rente, berekend vanaf 21 juni 2020 tot aan de dag der algehele voldoening;
€ 6.141,- ter zake van materiële schade en vermeerderd met de wettelijke rente, berekend vanaf 21 juni 2020 tot aan de dag der algehele voldoening;
10.Bijlage I
11.Bijlage II
,mij
getracht aan te rijden. Een aanrijding tussen mij en de Peugeot kon voorkomen worden doordat ik weg moest springen van de auto. Ik bevond mij op dat moment op het parkeerterrein van de winkel genaamd [bedrijf 2] gelegen aan de [adres 2] te Kaatsheuvel
.Ik maakte die dag gebruik van een opvallend politievoertuig en was in herkenbaar uniform gekleed. Op dat moment was er met meerdere heimelijke en opvallende politie-eenheden van het basisteam Langstraat een actie gaande gericht op een gestolen voertuig, Peugeot 306, voorzien van het kenteken [kenteken 1] , welke op dat moment achter op het parkeerterrein geparkeerd stond. Doel van deze actie was om zodra een persoon als bestuurder in het ontvreemde voertuig zou stappen deze als verdachte aan te houden en het ontvreemde voertuig klem te rijden met twee onopvallende dienstvoertuigen. Mijn taak was om op dat moment de ingang van het parkeerterrein te blokkeren met gebruikmaking van mijn opvallende dienstvoertuig samen met het dienstvoertuig van de eenheid 4410. Ik zag dat mijn collega's [verbalisant 1] en [verbalisant 3] voor mij eveneens de uitgang blokkeerden met behulp van hun opvallende dienstvoertuig. Ik heb mijn dienstvoertuig vervolgens verlaten en ben te voet het parkeerterrein opgelopen teneinde te kunnen assisteren bij een eventuele aanhouding. Ik zag echter op dat moment dat de betreffende Peugeot om de hoek gereden kwam en recht op mij afgereden kwam. Op dat moment liep mijn collega [verbalisant 1] rechts van mij. Ik gaf
met mijn hand direct een stoptekenaan de bestuurder van de Peugeot. Dit deed ik door mijn rechterhand hoog in de lucht te steken en met mijn linkerhand direct in de richting van de bestuurder te wijzen. Ik zag echter dat hij zich schrap zette door met beide handen zijn stuur stevig vast te pakken. Ik zag tevens een verwilderde blik in de ogen van de bestuurder. Ik hoorde dat het motorgeluid toenam en zag dat de voorzijde van de auto licht omhoog kwam. Ik zag dat de snelheid van Peugeot duidelijk verhoogd werd en dat deze recht op mij af gereden kwam
.Ik zag dat de bestuurder mijn gegeven stopteken in het geheel negeerde en met hoge snelheid recht op mij afgereden kwam. Om een aanrijding tussen mij en de Peugeot te voorkomen moest ik naar links opzij stappen. Ik zag dat de Peugeot mij langs rechts passeerde en met hoge snelheid richting de uitgang reed waar onze dienstvoertuigen stonden. Ik zag dat een oude vrouw op dat moment ter hoogte van deze locatie liep en opzij moest springen om niet aangereden te worden. Ik zag dat de Peugeot met hoge snelheid tegen een van de dienstvoertuigen en het aldaar gevestigde hek van de [bedrijf 2] botste teneinde te vluchten. Mocht ik niet opzij gestapt zijn dan weet ik zeker dat ik door de Peugeot aangereden was.