3.2Tussen partijen staan de volgende feiten vast:
de [gedaagden] huren sinds 1 juli 2019 van Laurentius de woning, staande en gelegen aan [adres ] (hierna te noemen: “de woning”);
in artikel 8 van de huurovereenkomst zijn bijzondere voorwaarden vastgelegd, onder meer te weten:
“a. Correcte bewoning
(…)
b. Huurders mogen maximaal één huisdier naar keuze in de woning houden,
zolang dit huisdier aan omwonenden geen overlast veroorzaakt.
(…)
d. Geen overlast
a. Huurders zijn zich gezien hun overlastverleden van doordrongen dat zij in, rondom en vanuit het gehuurde geen (geluids)overlast van welke aard dan ook mogen veroorzaken, zoals - maar niet daartoe beperkt - muziek en bovenmatige leefgeluiden. Huurders realiseren zich dat gezien de specifieke situatie iedere vorm van overlast direct een niet meer ongedaan te maken toerekenbare tekortkoming zal opleveren.
b. Huurders verklaren rekening te houden met hun omwonenden en de omwonenden te allen tijde correct te bejegenen.
c. Laurentius en Huurders spreken af dat indien er meldingen ter zake overlast
zijn, Huurders van Laurentius een brief ontvangen en een uitnodiging voor een persoonlijk gesprek. Huurders verplichten zich aan die uitnodiging gehoor te geven. Laurentius zal na maximaal drie meldingen (en drie daarop volgende brieven en gesprekken/gespreksuitnodigingen als vorenbedoeld) een procedure starten tot ontbinding van de huurovereenkomst en tot ontruiming van de woning. Laurentius behoudt zich het recht voor deze stappen reeds te ondernemen na één als ernstig aan te merken incident.
e. Huurders staan er voor in dat hun kinderen en bezoekers zich eveneens zullen houden aan de bijzondere voorwaarden zoals hiervoor in artikel 8.1 tot en met 8.4 geformuleerd.
(…)”;
op de huurovereenkomst zijn de Huurvoorwaarden Laurentius van 1 januari 2017 van toepassing (hierna te noemen: “de huurvoorwaarden”);
in artikel 8.2 van de huurvoorwaarden is bepaald:
“Huurder gebruikt en onderhoudt het gehuurde zoals het een goed huurder betaamt.”In artikel 8.10 is voorts bepaald:
“Huurder is verplicht er zorg voor te dragen dat aan omwonenden geen overlast of hinder wordt veroorzaakt door huurder, huisgenoten, huisdieren en/of derden die zich vanwege huurder in, rondom of in de directe nabijheid van het gehuurde en/of in de gemeenschappelijke ruimten bevinden.”;
vanaf november 2019 zijn er bij Laurentius van meerdere verschillende omwonenden van de [gedaagden] klachten ontvangen die zien op diverse vormen van overlast door de [gedaagden] , te weten op
5 november 2019, 28 november 2019, 31 december 2019, 23 januari 2020 en
26 januari 2020;
naar aanleiding van deze overlastklachten heeft er op 20 februari 2020 een gesprek plaatsgevonden tussen Laurentius, de [gedaagden] en hun ambulant begeleider, waarvan op 4 maart 2020 een brief aan de [gedaagden] is verzonden, met daarin een samenvatting van het gehouden gesprek. Hierin staat onder meer:
“(…) Op donderdag 20 februari 2020 spraken wij met u over overlastklachten die wij ontvangen uit het flatgebouw naast uw woning. Bij dit gesprek was op uw initiatief een ambulant begeleider van Amarant aanwezig.
Klachten
De klachten die wij ontvangen zijn als volgt:
- Geluidsoverlast door blaffende honden.
- Geluidsoverlast door ruzie en schelden.
- Verwaarlozing van uw hond.
- Afval en rommel in uw achtertuin.
(…)”;
door Laurentius zijn na het gehouden gesprek op 20 februari 2020 opnieuw overlastklachten ontvangen van meerdere verschillende omwonenden, te weten op 25 april 2020 (tweemaal), 29 april 2020 (tweemaal), 4 mei 2020, 25 mei 2020 (tweemaal) en 16 juni 2020 (achtmaal);
op 18 juni 2020 heeft opnieuw een gesprek plaatsgevonden tussen Laurentius en de [gedaagden] . Van dat gesprek is op 26 juni 2020 een brief met een verslaglegging aan de [gedaagden] verzonden. In die brief staat onder meer:
“Daarom geven wij u hierbij aan dat er toch nog steeds overlastmeldingen bij ons zijn binnengekomen. Het is de bedoeling dat u de klachten serieus neemt en stopt met het veroorzaken van overlast.
U gaf aan geen hulp nodig te helpen en dat u er voor zal zorgen dat u uw partner volledig op de hoogte is van bovenstaande, gemaakte afspraken.
Ondanks dat er afspraken zijn gemaakt hebben wij weer overlastmeldingen ontvangen.
(…)
In de huurovereenkomst staat dat u of uw bezoek geen overlast mag veroorzaken. Tot op heden bent u in gebreke gebleven de overlast te doen stoppen. Bij het niet meewerken aan verbetering van de huidige situatie overwegen wij juridische stappen te ondernemen. Hierbij delen wij u mede dat wij de overlast niet langer willen en kunnen tolereren. (…)”;
i. gedurende de maand augustus 2020 zijn door Laurentius diverse overlastklachten ontvangen van diverse verschillende omwonenden van de [gedaagden] , te weten op 2 augustus 2020, 3 augustus 2020, 4 augustus 2020,
9 augustus 2020, 10 augustus 2020, 11 augustus 2020, 16 augustus 2020 (driemaal), 17 augustus 2020 (zesmaal), 19 augustus 2020 (viermaal), 20 augustus 2020,
21 augustus 2020, 23 augustus 2020, 24 augustus 2020 (driemaal), 28 augustus 2020 en 31 augustus 2020. Deze klachten betreffen geluidsoverlast door blaffende honden en kwetterende vogels in de tuin van de [gedaagden] , geluidsoverlast door ruzie en het gebruik van scheldwoorden en het afval in en rondom de tuin van de [gedaagden] ;
per brief van 17 augustus 2020 is door de gemachtigde van Laurentius c.s. aan de [gedaagden] gecommuniceerd:
“(…) Daarnaast ontvangt cliënte vanaf oktober vorig jaar bij voortduring klachten over ernstige overlast over u van meerdere omwonenden. Daarbij gaat het onder meer om vervuiling (grote hoeveelheden afval in uw tuin en het over de schutting gooien van spullen), geruzie, geschreeuw, muziek, herrie afkomstig van uw (verwaarloosde) dieren etcetera. Op 20 februari 2020 en 18 juni 2020 hebben er met u gesprekken plaatsgevonden over deze door u veroorzaakte ernstige overlast. Bij brieven d.d. 4 maart 2020 en 26 juni 2020 bent u reeds hierover aangeschreven. U heeft tot 1 augustus 2020 de tijd gekregen om aan de overlast een einde te maken. Dat is niet gebeurd.
U krijgt tot 1 oktober 2020 de tijd om een andere woning te zoeken. Parallel daaraan zal in kort geding uiterlijk per die datum ontbinding van uw huurovereenkomst en ontruiming van uw woning worden gevorderd. (…)”;
bij beschikkingen van 19 augustus 2020 zijn de goederen van de [gedaagden] vanaf 20 augustus 2020 onder bewind gesteld.