Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
[eiser sub 2],
[eiser sub 3],
1.De procedure
- het tussenvonnis van 28 augustus 2019, met de daarin genoemde stukken;
- de door [eisers] nagezonden productie 31, met USB-stick;
- de door De Veste c.s. nagezonden producties 30 tot en met 34;
- het proces-verbaal van comparitie van 10 februari 2020.
Bent u zich bewust van de risico’s van beleggen in het algemeen?” heeft [eisers sub 2 en 3] “
ja” geantwoord met de toevoeging: “
Volgens de presentatie bij Harry Mens Business Class is het nog nooit fout gegaan en heeft De Veste zeer tevreden klanten, zodoende”. Op de vraag: “
Bent u zich bewust van de specifieke risico’s van beleggen in Da Vinci Retail?” heeft [eisers sub 2 en 3] “
nee”geantwoord. Op de vraag: “
Bent u bereid deze risico’s te dragen?” heeft [eisers sub 2 en 3] eveneens “
nee” geantwoord. Op de vraag: “
Heeft De Veste de toezegging gedaan dat u uw inleg op enig moment in de toekomst gegarandeerd terug zult krijgen (zogenaamde 'inleggarantie’)?” heeft [eisers sub 2 en 3] “
ja” geantwoord.
Bij het doornemen van uw cliëntrisicoprofiel kwam ik de volgende zaken tegen:
u geeft aan niet bekend te zijn met de specifieke risico’s van beleggen in Da Vinci Retail. Dit zijn de risico’s die horen bij de fondsen die u geselecteerd hebt. Deze risico’s zijn tijdens ons gesprek op ons kantoor in Breda echter wel doorgenomen.
U geeft aan dat u niet bereid bent om deze risico’s te dragen.
Tevens kruist u aan dat De Veste u een inleggarantie heeft gegeven. Hoewel Trade Finance een vast rendement kent, is het niet mogelijk om een inleggarantie te bieden; het blijft een beleggingsfonds waar bepaalde risico’s bij horen.
Bekend bent met de specifieke risico’s van beleggen in Da Vinci Retail;
Bereid bent om deze risico’s te dragen;
U begrijpt dat wij geen inleggarantie kunnen geven?
(…) n.a.v. uw reactie op ons aanmeldingsformulier, delen wij u mede, dat wij verklaren akkoord te gaan met het in de laatste al. van uw mail door u gestelde (…)”.
De afgelopen periode werden de beurzen wereldwijd gekenmerkt door zeer lage volatiliteit bij alsmaar stijgende koersen. Eind vorige week begon deze trend te keren en begonnen beurzen te dalen. Als gevolg hiervan is de VIX-index (de volatiliteitsgraadmeter van de beurzen, ook wel de ‘fear-index’ genoemd), enorm hard gestegen. Waar de VIX-index op 1 februari nog op 13,47 punten sloot, was de stand bij het sluiten van de beurs op 5 februari 37,22. Een ongekende stijging van bijna 200%. Gedurende de handelsdag van 6 februari werd zelfs een niveau van boven de 50 punten behaald. Dit is slechts drie keer eerder voorgekomen. Als gevolg van deze zeer extreme ontwikkelingen is het rendement van Esulep Trading Fund Plus per het einde van de handelsdag 7 februari 2018-44,76%.Een dramatische ontwikkeling”.
3.Het geschil
4.De beoordeling
€ 15.000,00 in het subfonds Esulep en om te switchen van DVR naar DVD en dat De Veste c.s. [eisers] ten tijde van de derde investering zouden hebben geadviseerd om bij te storten in het subfonds Esulep is – tegenover de betwisting daarvan door De Veste c.s. – onvoldoende onderbouwd.
Risico’s” gewaarschuwd voor de voornaamste risico’s die aan deze belegging verbonden zijn, meer specifiek voor marktrisico, liquiditeitsrisico, de werking van de financiële hefboom (waarbij expliciet wordt gewaarschuwd dat een relatief kleine beweging in de markt kan resulteren in disproportioneel grote winsten of verliezen), valutarisico, short selling en tegenpartijrisico. [eisers sub 2 en 3] verklaart middels het deelname- en mutatieformulier dat hij over voldoende beleggingservaring c.q. -kennis beschikt om een goed oordeel te vormen over de risico’s die aan deze belegging verbonden zijn, deze risico’s te aanvaarden en tevens in te schatten dat deze belegging past binnen zijn financiële situatie. Daarnaast heeft [eisers sub 2 en 3] op het mutatieformulier voor paraplufonds DVD expliciet aangekruist dat hij verklaart bekend te zijn met de risico’s van beleggen in het algemeen en in paraplufonds DVD in het bijzonder, dat hij bereid is deze risico’s te dragen en dat hij voldoende informatie heeft ontvangen om onderhavige beleggingsbeslissing te kunnen nemen. [eisers sub 2 en 3] is door ondertekening van de formulieren akkoord gegaan met de inhoud hiervan.
Prospectus en Essentiële Beleggersinformatie” namelijk dat [eisers sub 2 en 3] akkoord gaat met de prospectus, het addendum en de essentiële beleggersinformatie. Verder wordt vermeld: “
De prospectus, het addendum en de essentiële beleggersinformatie zijn kosteloos verkrijgbaar bij de Beheerder of op www.deveste.net”
.Ook op het mutatieformulier voor paraplufonds DVD staat het voorgaande vermeld, met uitzondering van de essentiële beleggersinformatie die niet op paraplufonds DVD van toepassing is. Op het mutatieformulier heeft [eisers sub 2 en 3] zelfs expliciet aangekruist dat hij verklaart kennis te hebben genomen van de prospectus en het addendum. Uit voorgaande blijkt genoegzaam dat [eisers sub 2 en 3] heeft kunnen weten van de toepasselijkheid en de vindplaats van de prospectus, het addendum en essentiële beleggersinformatie. Die informatie was eenvoudig vindbaar. [eisers sub 2 en 3] is door ondertekening van de formulieren ook met deze inhoud akkoord gegaan.
Potentiële investeerders in één of meerdere subfondsen van Da Vinci Retail dienen te beseffen dat aan het beleggen in deze subfondsen niet alleen financiële kansen, maar ook financiële risico’s zijn verbonden”
en“
De waarde van een belegging in de subfondsen van DVR kan fluctueren”
.Vervolgens wordt de handelsstrategie van het handelen in opties besproken. Voorts wordt in hoofdstuk 3 van de prospectus, genaamd “
Risico’s”, ruim twee pagina’s aan risico’s beschreven. Ook in de prospectus en het addendum van paraplufonds DVD d.d. 21 mei 2015 (productie 19 dagvaarding) wordt op pagina 11 gewaarschuwd voor diverse risico’s. Op pagina 29 worden bovendien historische rendementen van het subfonds Esulep Trading Fund Plus weergegeven. Hieruit volgt dat sinds de start van dit fonds in mei 2008 meermaals negatieve resultaten zijn behaald. Ditzelfde blijkt uit de fact sheets van Esulep Trading Fund Plus van De Veste (productie 12 dagvaarding) en De Nieuwe Veste (productie 13 dagvaarding), waarbij in de fact sheets van De Veste nog specifiek staat vermeld dat het laagste maandrendement -13,81% bedraagt, met een percentage positieve maanden van 89,71%.
naar een rendement van 14% op jaarbasis met een volatiliteit (mate van beweeglijkheid van het rendement) van 13%”, en niet, zoals [eisers] stellen, “
een rendement van 14% op jaarbasis met een volatiliteit (VIX-index) van 13%”. Als de koers van een deelnemingsrecht in een fonds, zoals het subfonds Esulep, op enig moment sterk daalt en vervolgens weer (gedeeltelijk) herstelt, dan heeft dit invloed op de volatiliteit (beweeglijkheid van het rendement) van dit deelnemingsrecht. Dat betekent nog niet dat het subfonds Esulep daarmee is afgeweken van haar doelstelling. De strategie houdt in dat gebruik wordt gemaakt van de volatiliteit van de opties op de aandelen van de S&P500, uitgedrukt in de VIX-index, aldus De Veste c.s.
Het Esulep Trading Fund Plus streeft naar een rendement van 14% op jaarbasis met een volatiliteit (mate van beweeglijkheid van het rendement) van 13%.”. De weergave die [eisers] van de doelstelling geven is dus onjuist. [eisers] hebben voorts tegen de gemotiveerde betwisting van de door [eisers] gegeven uitleg van de beleggingsstrategie onvoldoende ingebracht, zodat de rechtbank uitgaat van de juistheid van de uitleg van De Veste c.s. Dat betekent dat [eisers] in hun betoog van onjuiste uitgangspunten zijn uitgegaan, zowel ten aanzien van de doelstelling als de strategie van het subfonds Esulep. [eisers] hebben – uitgaande van de juiste uitleg van de begrippen ‘risico’, ‘rendement’ en ‘volatiliteit’ – nagelaten met concrete feiten en omstandigheden te onderbouwen welk verwijt zij De Veste c.s. als beheerders van het subfonds Esulep maken. Zo hebben [eisers] nagelaten hun stelling dat een te grote financiële hefboom in de beleggingsstrategie aanwezig is – tegenover het verweer van De Veste c.s. dat een financiële hefboom inherent is aan het beleggen in opties – te concretiseren. Zo hebben [eisers] niet gesteld wat de grootte is van de huidige financiële hefboom en wat deze zou mogen zijn. Ten aanzien van de marginbewaking heeft te gelden dat de specifieke gedragsregels hieromtrent in casu niet van toepassing zijn, omdat De Veste c.s. niet als beleggingsonderneming worden gekwalificeerd (ex artikel 86 BGfo Wft). Al met al hebben [eisers] onvoldoende onderbouwd dat zich bijzondere omstandigheden hebben voorgedaan die noopten tot ingrijpen van De Veste c.s. Ook hebben zij nagelaten te concretiseren waaruit dat ingrijpen precies zou moeten hebben bestaan. De omstandigheid dat een belegger op enig moment een fors verlies lijdt, is onvoldoende om de stelling te rechtvaardigen dat de beleggingsstrategie niet deugt. Het ter zitting gedane verzoek van [eisers] tot het nemen van een akte waarin door een deskundige een en ander nader wordt uitgelegd, wordt niet gehonoreerd. [eisers] hadden de uitleg van de deskundige op voorhand aan de rechtbank en wederpartij kunnen toesturen, zodat deze ter zitting had kunnen worden besproken. Zij hebben dat nagelaten.
922,00(2,0 punten × tarief € 461,00)