ECLI:NL:RBZWB:2021:2411
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- B.F.Th. De Roos
- Rechtspraak.nl
Asielaanvraag en interstatelijk vertrouwensbeginsel in Dublin-zaak
In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 6 mei 2021 uitspraak gedaan in een asielzaak waarbij de eiser, een Tunesische nationaliteit, zijn asielaanvraag had ingediend. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, als verweerder, had de aanvraag niet in behandeling genomen op basis van het interstatelijk vertrouwensbeginsel, omdat België verantwoordelijk was voor de behandeling van de aanvraag. De rechtbank oordeelde dat de eiser onvoldoende bewijs had geleverd voor zijn vrees dat zijn asielaanvraag in België niet zorgvuldig zou worden behandeld. De rechtbank baseerde haar oordeel op de Dublinverordening, die bepaalt dat een asielaanvraag niet in behandeling wordt genomen als een andere lidstaat verantwoordelijk is. De rechtbank concludeerde dat België zijn internationale verplichtingen nakomt en dat de eiser zich bij eventuele problemen tot de Belgische autoriteiten moet wenden. Uiteindelijk werd het beroep van de eiser ongegrond verklaard, en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.