Op 7 mei 2021 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, mr. B.J. Duinhof, een beschikking gegeven in de zaak van een minderjarige, hierna te noemen [minderjarige], die onder voogdij is gesteld van de GI. De kinderrechter heeft de machtiging voor gesloten jeugdhulp verlengd voor de duur van drie maanden, met ingang van 19 mei 2021 tot 19 augustus 2021. Deze beslissing volgt op een verzoek van de GI, die aangaf dat [minderjarige] psychische instabiliteit vertoont, waaronder herbelevingen en stemmingswisselingen, als gevolg van seksueel grensoverschrijdend gedrag door haar vader. De kinderrechter heeft de noodzaak van de gesloten plaatsing onderstreept, gezien de kwetsbare situatie van [minderjarige] en haar behoefte aan een veilige omgeving om aan haar ontwikkeling te werken.
Tijdens de mondelinge behandeling op 7 mei 2021, die achter gesloten deuren plaatsvond, zijn verschillende betrokkenen verschenen, waaronder [minderjarige] zelf, die via beeldbellen aanwezig was, en haar advocaat, mr. R. Wouters. De kinderrechter heeft de feiten en het procesverloop in overweging genomen, waaronder eerdere beschikkingen die de gesloten jeugdhulp voor [minderjarige] hebben geregeld. De kinderrechter heeft ook de instemmingsverklaring van de gedragswetenschapper, drs. [naam 1], meegenomen in de beoordeling.
De kinderrechter heeft vastgesteld dat [minderjarige] hard werkt aan haar toekomst en dat het belangrijk is dat zij op korte termijn kan starten met wennen bij een fasehuis of een soortgelijke accommodatie. Er zijn voorwaarden gesteld aan de verlenging van de machtiging, waaronder het waarborgen van duidelijkheid over de rol van haar mentor, [naam 3], en het starten met wennen op een reguliere school in Roosendaal. De kinderrechter heeft benadrukt dat het van belang is dat [minderjarige] niet te vaak verhuist, om haar hechting en motivatie te ondersteunen. De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 7 mei 2021, met schriftelijke vaststelling op 18 mei 2021.