ECLI:NL:RBZWB:2021:3910
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het beroep wegens niet tijdige betaling van griffierecht
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 27 juli 2021, werd het beroep van eiser niet-ontvankelijk verklaard. Eiser had op 20 december 2020 bezwaar gemaakt tegen het niet tijdig nemen van een dwangsombeschikking door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Sluis. Dit bezwaar werd door het college als beroepschrift aangemerkt en doorgestuurd naar de rechtbank, die het op 4 maart 2021 ontving.
De rechtbank wees eiser op de verplichting tot betaling van griffierecht, en verzocht hem dit binnen twee weken na de datum van de brief van 11 maart 2021 te voldoen. Eiser werd gewaarschuwd dat bij niet tijdige betaling het beroepschrift niet-ontvankelijk verklaard zou worden. De rechtbank constateerde echter dat het griffierecht niet binnen de gestelde termijn was ontvangen, waardoor het beroep kennelijk niet-ontvankelijk was.
De rechtbank baseerde haar beslissing op verschillende artikelen van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), die de verplichtingen omtrent griffierechten en de gevolgen van niet-tijdige betaling regelen. Ondanks dat er informatie was ingewonnen bij PostNL over de bezorging van de aangetekende brief, werd de zaak zonder verdere behandeling afgedaan. De uitspraak werd openbaar gemaakt via geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl.