ECLI:NL:RBZWB:2021:5612
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen afwijzing kostenvergoeding taxatierapport in WOZ-zaak
In deze zaak heeft de rechtbank Zeeland-West-Brabant op 4 november 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen een belanghebbende en de heffingsambtenaar van de gemeente Waalwijk over de WOZ-waarde van een onroerende zaak voor het jaar 2019. De heffingsambtenaar had de WOZ-waarde vastgesteld op € 190.000, maar na bezwaar van de belanghebbende werd deze waarde verlaagd naar € 180.000. De belanghebbende verzocht om vergoeding van de kosten voor het opstellen van een taxatierapport, maar de heffingsambtenaar wees dit verzoek af, omdat het rapport niet was opgesteld door een geregistreerd taxateur. De rechtbank heeft de zaak behandeld op een zitting op 23 september 2021, waarbij de belanghebbende werd vertegenwoordigd door A. van den Dool van Previcus Vastgoed.
De rechtbank overwoog dat de deskundigheid van de taxateurs, die niet geregistreerd waren in het Nederlands Register Vastgoed Taxateurs (NRVT), niet voldoende was aangetoond. De belanghebbende had gesteld dat de taxateurs intern waren opgeleid bij Previcus, maar de rechtbank oordeelde dat niet was aangetoond dat deze interne opleiding vergelijkbaar was met een externe, gewaarborgde opleiding. De rechtbank concludeerde dat de taxateurs niet als deskundigen konden worden aangemerkt in de zin van het Besluit proceskosten bestuursrecht.
Uiteindelijk verklaarde de rechtbank het beroep van de belanghebbende ongegrond en wees het verzoek om kostenvergoeding af. De uitspraak werd openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl en partijen hebben de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof te 's-Hertogenbosch.