ECLI:NL:RBZWB:2021:5708
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen WOZ-waarde en vergoeding kosten taxatierapport
Op 8 november 2021 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een zaak tussen een belanghebbende en de heffingsambtenaar van de gemeente Waalwijk. De zaak betreft een beroep tegen de vastgestelde WOZ-waarde van een onroerende zaak voor het kalenderjaar 2019, die door de heffingsambtenaar was vastgesteld op € 340.000. De belanghebbende heeft bezwaar gemaakt tegen deze beschikking en het bezwaar is gegrond verklaard, waarbij de waarde is vastgesteld op € 302.000. De belanghebbende heeft vervolgens beroep ingesteld tegen de uitspraak op bezwaar, waarbij ook een verzoek om vergoeding van kosten voor het opstellen van een taxatierapport is ingediend.
De rechtbank heeft de zaak behandeld op de zitting van 1 oktober 2021, waar de gemachtigde van de belanghebbende, P.J.T. Loijen van Previcus Vastgoed, aanwezig was. De heffingsambtenaar heeft een verweerschrift ingediend. De rechtbank heeft overwogen dat de belanghebbende niet voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat de taxateur, [A], als deskundige kan worden aangemerkt, aangezien hij niet geregistreerd is in het Nederlands Register Vastgoed Taxateurs (NRVT) en er onvoldoende bewijs is geleverd van zijn deskundigheid. De rechtbank heeft geconcludeerd dat het taxatierapport niet voor vergoeding in aanmerking komt.
Uiteindelijk heeft de rechtbank het beroep ongegrond verklaard en geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen kunnen binnen zes weken hoger beroep instellen bij het gerechtshof te ‘s-Hertogenbosch.