Indien de draagkracht van de man naar rato van de behoefte van genoemde kinderen wordt verdeeld, bedraagt tot 4 oktober 2021 het aandeel van de man in de behoefte van [minderjarige] en [minderjarige] € 239,= per maand per kind (€ 299,=/€ 1.009,= x € 808,=) en in de behoefte van [minderjarige] € 329,= per maand (€ 411,=/€ 1.009,= x € 808,=). Vanaf
4 oktober 2021 bedraagt het aandeel van de man in de behoefte van [minderjarige] en [minderjarige] dan
€ 172,= per maand per kind (€ 299,=/€ 1.407,= x € 808,=), in de behoefte van [minderjarige]
€ 236,= per maand (€ 411,=/€ 1.407,= x € 808,=) en in de behoefte van [x] en [minderjarige] van € 114,= per maand per kind (€ 199,=/€ 1.407,= x € 808,=).