Uitspraak
Stichting Alwel,
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
In deze civiele zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 3 november 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen Stichting Alwel en een huurder, aangeduid als [gedaagde]. Alwel vorderde ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de woning vanwege huurachterstand en het aantreffen van een hennepkwekerij in de gehuurde woning. De huurder erkende de huurachterstand van € 4.125,97, maar voerde verweer tegen de ontbinding van de huurovereenkomst, stellende dat hij geen wetenschap had van de hennepteelt en dat hij altijd als goed huurder had gehandeld. De kantonrechter oordeelde dat de huurder tekort was geschoten in zijn verplichtingen, zowel door het niet betalen van de huur als door het in gebruik geven van de woning voor illegale activiteiten. De rechter concludeerde dat de tekortkomingen zodanig waren dat ontbinding van de huurovereenkomst gerechtvaardigd was. De vorderingen van Alwel werden toegewezen, inclusief de ontruiming van de woning binnen veertien dagen na betekening van het vonnis. De huurder werd ook veroordeeld tot betaling van de huurachterstand en de proceskosten.