Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Club Pellikaan Tilburg B.V.,
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
In deze civiele zaak, behandeld door de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, heeft Club Pellikaan Tilburg B.V. een vordering ingesteld tegen een gedaagde in conventie, die in persoon procedeerde. De zaak betreft een geschil over de betaling van contributie na de opzegging van een lidmaatschap. Club Pellikaan vorderde een bedrag van € 286,63, vermeerderd met wettelijke rente, terwijl de gedaagde in reconventie een tegenvordering indiende van € 122,40. De gedaagde stelde dat hij de overeenkomst op 25 februari 2020 had opgezegd, en dat hij geen contributie meer verschuldigd was over de maanden juli en augustus 2020. De rechtbank heeft de getuigenverklaring van een getuige die aanwezig was bij de opzegging als voldoende bewijs geaccepteerd. De kantonrechter oordeelde dat de opzegging op 1 april 2020 effectief was, waardoor de vordering van Club Pellikaan werd afgewezen en de tegenvordering van de gedaagde werd toegewezen. De proceskosten werden aan de zijde van de gedaagde vastgesteld op nihil, aangezien hij zonder gemachtigde had geprocedeerd. Het vonnis werd uitgesproken op 15 september 2021.