Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
[eis],
[gedaagde 3],
1.De procedure
- het tussenvonnis van 15 juli 2020 en de daarin genoemde stukken,
- het proces-verbaal van mondelinge behandeling van 17 november 2020 en de daarin genoemde stukken.
2.De feiten
3.Het geschil
in conventie
4.De beoordeling
in conventie en in reconventie
I give you 50% tip top for free, also [naam 5] i never get money and [naam 6] you didnt pay the pony”(productie 9 bij conclusie van antwoord)
.
[naam 6] te ontvangen”met daaronder een lijst met namen en bedragen. In de lijst met namen staat ook de naam [paard naam 3] met daarachter een bedrag van € 50.000,00.
[naam 6] te ontvangen (…) Action € 90 000”, maar achter dat bedrag staat ook een vraagteken geschreven. De gestelde verkoopprijs van [paard naam 1] blijkt verder uit niets en is aldus zonder voldoende onderbouwing gebleven. Het heeft naar het oordeel van de rechtbank op de weg van [eis] gelegen – nu zij kennelijk niet over enige verdere documentatie beschikt aangaande de verkoop van [paard naam 1] – bijvoorbeeld een verklaring van [naam 1] en/of [naam 8] te overleggen als onderbouwing van het door haar gestelde. [eis] heeft ook niet toegelicht waarom dit voor haar niet mogelijk is geweest. Daarbij merkt de rechtbank op dat blijkens de als productie 8 bij dagvaarding overgelegde sms-berichten [eis] in elk geval in contact stond met [naam 8] .
1.390,00(2,0 punten × tarief € 695,00)