ECLI:NL:RBZWB:2021:806
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep tegen blokkering bijstandsuitkering
Op 25 februari 2021 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in de zaak tussen eiseres en het dagelijks bestuur van Werkplein Hart van West-Brabant. Eiseres had beroep ingesteld tegen de blokkering van haar bijstandsuitkering, die door Werkplein was opgelegd met ingang van 1 juli 2019. Dit besluit volgde op een signaal van het Inlichtingenbureau over een hoog banksaldo van eiseres. Werkplein had eiseres verzocht om aanvullende bankafschriften, maar na het niet tijdig aanleveren van de gevraagde informatie werd haar uitkering geblokkeerd. Eiseres stelde dat Werkplein niet had mogen besluiten tot blokkering, omdat zij tijdig de gevraagde informatie had verstrekt en dat de blokkering onredelijk lang had geduurd.
De rechtbank heeft vastgesteld dat Werkplein op 4 oktober 2019 het recht op bijstand van eiseres heeft ingetrokken, wat betekent dat de blokkering van de uitkering in de periode van 1 juli 2019 tot 4 oktober 2019 geen procesbelang meer heeft. Eiseres heeft in een brief aan de rechtbank aangegeven dat zij nog steeds belang heeft bij de beoordeling van de blokkering, maar de rechtbank oordeelde dat de intrekking van de bijstandsuitkering de zaak irrelevant maakte. De rechtbank heeft daarom het beroep van eiseres niet-ontvankelijk verklaard, omdat er geen feitelijke betekenis meer was aan de beoordeling van het bestreden besluit.
De uitspraak is gedaan door rechter I.M. Josten en griffier A.J.J. Sterks, en is openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl. Eiseres kan binnen zes weken na verzending van de uitspraak hoger beroep instellen bij de Centrale Raad van Beroep.