ECLI:NL:RBZWB:2022:1087
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen terugbetalingsplicht studiekosten door DUO na niet-voltooiing Masteropleiding
In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 7 maart 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiser en de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) over de terugbetalingsplicht van studiekosten. Eiser ontving in de studiejaren 2011-2012 en 2012-2013 een lerarenbeurs voor de Master of Business Administration aan de Hogeschool NCOI, maar voltooide de opleiding niet. DUO stelde dat eiser zijn opleiding niet had afgerond en dat hij daarom de ontvangen subsidie moest terugbetalen. Eiser voerde aan dat hij door medische klachten, waaronder hartproblemen en psychische klachten, niet in staat was om zijn studie af te ronden.
De rechtbank behandelde het beroep van eiser tegen het besluit van DUO, waarin het bezwaar tegen de terugbetalingsplicht ongegrond werd verklaard. Tijdens de zitting op 1 december 2020 werd het onderzoek geschorst om eiser de gelegenheid te geven aanvullende medische informatie in te dienen. Eiser overhandigde medische gegevens van zijn huisarts en cardioloog, maar de medisch adviseur concludeerde dat er geen objectieve medische redenen waren die eiser zouden hebben belet om de benodigde studiepunten te behalen.
De rechtbank oordeelde dat DUO zich op het standpunt had kunnen stellen dat de persoonlijke omstandigheden van eiser geen bijzondere reden vormden om van de Regeling Lerarenbeurs af te wijken. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond, wat betekent dat de terugbetalingsplicht van eiser blijft bestaan. De uitspraak benadrukt de noodzaak voor subsidieontvangers om aan de voorwaarden van de regeling te voldoen, en dat persoonlijke omstandigheden niet altijd voldoende zijn om een uitzondering te maken op de regels.