2.4Thans zijn nog aan de orde de navolgende verzoeken.
De vrouw verzoekt de rechtbank, uitvoerbaar bij voorraad te bepalen dat, samengevat:
aan de vrouw vervangende toestemming wordt verleend om naar [woonplaats 1] te verhuizen,
aan de vrouw vervangende toestemming wordt verleend om de minderjarigen op bassischool [naam 6] (voor speciaal onderwijs) aan de [adres] te ( [postcode] ) [woonplaats 1] in te schrijven alsmede;
(primair)de minderjarigen hun hoofdverblijf bij de vrouw in [woonplaats 1] hebben en te bepalen dat er bij eerste voorkeur een begeleide contactregeling van de man met de minderjarigen wordt vastgesteld en dat de man eerst een agressie regulatietraining moet volgen dan wel opvoedbegeleiding dient te volgen, alvorens er een onbegeleid contact kan plaatsvinden, waarbij tevens wordt bepaald dat bij tweede voorkeur een contactregeling wordt vastgesteld, zijnde één weekend per veertien dagen van vrijdag na schooltijd van de minderjarigen tot en met zondag 17:00 uur, waarbij de man de minderjarigen op vrijdag (na schooltijd) ophaalt bij de vrouw en de vrouw de minderjarigen op zondag bij de man ophaalt, dan wel dat wel dat er een contactregeling wordt vastgesteld in goede justitie te bepalen, dan wel;
(subsidiair), indien het hoofdverblijf onverhoopt niet bij de vrouw wordt bepaald, dat er dan een contactregeling tussen de vrouw en de minderjarigen wordt vastgesteld, waarbij de minderjarigen ieder weekend vanaf vrijdag 17.00 uur tot en met zondag 17:00 uur bij de vrouw verblijven, waarbij de vrouw de minderjarigen bij de man ophaalt en de man de minderjarigen op zondag bij de vrouw ophaalt, alsmede dat de vrouw de helft van de feestdagen en de vakantiedagen contact zal hebben met de minderjarigen, alsmede dat de minderjarigen eenmaal per week telefonisch contact bijvoorbeeld op woensdag (in onderling overleg nader te bepalen) hebben met de vrouw dan wel dat er een contactregeling wordt vastgesteld in goede justitie te bepalen;
indien en voor zover het hoofdverblijf van de minderjarigen bij de vrouw zal worden bepaald, verzoekt de vrouw de door haar te betalen bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding van de minderjarigen aan de man per datum van indiening van dit verzoek, dan wel per datum dat het hoofdverblijf van de minderjarigen bij de vrouw wordt bepaald, dan wel per een datum door de rechtbank in goede justitie te bepalen op nihil te stellen, dan wel de bijdrage te verlagen naar een in goede justitie te bepalen bedrag per maand, alsmede;
indien en voor zover het hoofdverblijf van de minderjarigen bij de vrouw zal worden bepaald, verzoekt de vrouw om te bepalen dat de man als bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding van de minderjarigen aan de vrouw voldoet een bedrag van € 100,- per minderjarige per maand, althans een bedrag door de rechtbank in goede justitie te bepalen, telkens bij vooruitbetaling te voldoen, zulks met ingang van de datum van indiening van het verzoek, althans een datum door de rechtbank in goede
justitie te bepalen.
De man verzoekt de rechtbank, uitvoerbaar bij voorraad:
het hoofdverblijf van de minderjarigen bij hem te bepalen;
een co-ouderschapsregeling vast te stellen (bij een verhuizing van de vrouw);
het vaststellen van een contactregeling tussen de vrouw en de minderjarigen eens in de veertien dagen van vrijdagavond tot zondagavond (indien de vrouw niet zal verhuizen).