Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.De procedure
2.De feiten
- [verzoekster] exploiteert een thuiszorgorganisatie. Zij biedt onder andere huishoudelijke ondersteuning, persoonlijke verzorging, verpleging en individuele begeleiding aan. [verzoekster] richt zich op klanten van alle culturele achtergronden;
- [verweerder] , geboren op [geboortedatum] , is sinds 1 augustus 2018 in dienst bij [verzoekster] . De functie van [verweerder] is geestelijk (Islamitisch) verzorger met een salaris van € 2.040,22 bruto per maand bij een arbeidsduur van 24 uur per week. De cao voor de Verpleeg-, Verzorgingshuizen, Thuiszorg en Jeugdgezondheidszorg is op de arbeidsovereenkomst van toepassing;
- Op de arbeidsovereenkomst is de gedragscode van [verzoekster] van toepassing, waarin onder meer is opgenomen dat intimidatie en aanranding niet worden getolereerd en dat rekening wordt gehouden met gevoelens van anderen;
- Naast deze arbeidsovereenkomst werkt [verweerder] ook als zelfstandige en is hij plaatsvervangend [naam] ;
- op 4 november 2021 heeft mevrouw [naam] , stagebegeleidster van de stagiaire, mevrouw [naam] , aan [naam] , de leidinggevende van [verweerder] telefonisch medegedeeld dat het haar opviel dat de stagiaire anders was dan anders, stil en teruggetrokken en dat zij had gevraagd of er iets aan de hand was. De stagiaire heeft haar toen verteld dat [verweerder] handtastelijk is geweest tijdens een autorit vanaf een cliënt naar de locatie van [verzoekster] in Breda;
- op 4 november 2021 bericht de leidinggevende van [verweerder] per e-mailbericht aan [verweerder] dat hij op non-actief is gesteld wegens een klacht;
- op 5 november 2021 heeft de stagebegeleidster van de stagiaire het incident per e-mailbericht aan de leidinggevende van [verweerder] gemeld;
- op 5 november 2021 heeft de stagiaire verklaard:
mee bezig?? Duwde zijn hand weg en hij begon zijn hand/arm om mijn schouders hij kneep (op een rustige manier) in mijn nek. Ik was boos en angstig, maar ik hield mij in. Ik liet wel duidelijk merken dat ik dit echt niet oké vind. (…) Ik pakte mijn telefoon en hij zei waarom pak je jouw telefoon, geef je telefoon is?? Hij greep naar mijn telefoon maar had m goed vast. Hij zei dat hij alleen wilde kijken. Ik zei waar ben je mee bezig dit kan echt niet! (…) De rit naar Breda voelde aan als een rit van 2 uur. Hij bleef mij aankijken en bleef mij steeds aanraken op mijn schouders, nek en been. Ik gaf duidelijk aan dat hij moet kappen en dat ik hier echt niet van gediend ben. Hij gaf aan dat niemand ons ziet en zei opvallend vaak; je gaat toch tegen niemand zeggen he dat wij samen zijn. Ik zei hierop waar ben je mee bezig, je weet dat de collega’s weten dat wij samen zijn!?? Binnen ons geloof is het ook een strikt verboden zaak. Ik heb gevraagd of hij niet bang is voor God. Wetend dat AlIah alles ziet. Daarop ging hij lachen. Ik stond versteld, ik kon het niet geloven en zei schaam je diep je hebt kinderen en een vrouw dit kan echt niet.
- op 10 november 2021 bevestigt de leidinggevende van [verweerder] het telefoongesprek met [verweerder] en zijn echtgenote. In het e-mailbericht is opgenomen dat is afgesproken dat partijen middels een vaststellingsovereenkomst uit elkaar gaan;
- op 11 november 2021 heeft [verweerder] zijn akkoord gegeven op de afspraken;
- op 26 november 2021 bericht de gemachtigde van [verweerder] dat hij niet akkoord gaat met de eerder gemaakte afspraken en dat hij zelf geen ontslag zal nemen.
3.Het verzoek
4.Het verweer
5.De beoordeling
6.De beslissing
uiterlijk op 21 maart 2022 om 17:00 uuraan de kantonrechter bij akte te berichten of en welke getuigen zij nog wensen te horen;
voor de periode vanaf 28 maart tot en met mei 2022;