ECLI:NL:RBZWB:2022:3133
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om proceskostenveroordeling na intrekking bijstandsuitkering
In deze zaak heeft verzoekster bezwaar gemaakt tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Schouwen-Duiveland, waarin haar bijstandsuitkering werd ingetrokken. Verzoekster heeft de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen. Op 20 april 2022 heeft het college echter een nieuwe bijstandsuitkering toegekend aan verzoekster, met ingang van 7 april 2022. Hierop heeft verzoekster haar verzoek om een voorlopige voorziening ingetrokken en verzocht om een proceskostenveroordeling.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek om proceskostenveroordeling afgewezen. Volgens de voorzieningenrechter was er geen sprake van geheel of gedeeltelijk tegemoetkomen door het college aan verzoekster, omdat het besluit van 20 april 2022 niet het bestreden besluit herzag of introk, maar betrekking had op een nieuwe bijstandsaanvraag. Dit betekent dat verzoekster niet voldeed aan de voorwaarden voor vergoeding van de gemaakte proceskosten. Ook werd er geen aanleiding gezien om het college te veroordelen tot vergoeding van het door verzoekster betaalde griffierecht.
De uitspraak is gedaan door mr. I.M. Josten, voorzieningenrechter, en is openbaar gemaakt op 8 juni 2022. Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.