Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Procesverloop
2.Het verzoek
3.Feiten
4.Het standpunt van verzoeker
- bij de motivering daarvan allereerst is gesteld dat de uitkomsten van de verzochte onderzoekswensen niet bij kunnen dragen aan de beantwoording van de vragen in de artikelen 348 en 350 van het Wetboek van Strafvordering (Sv) en voorts dat de inzet van de interceptietool en het gebruik van de daaruit voortkomende data rechtmatig moeten worden geacht. Indien echter uit nader onderzoek blijkt dat de rechtbank en de verdediging bewust door het Openbaar Ministerie zijn misleid, dan kan dit wel degelijk gevolgen hebben voor de ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie en dus voor de beantwoording van de vragen van de artikelen 348 en 350 Sv;
- deze motivering van de beslissing betekent dat wat de verdediging tijdens de inhoudelijke behandeling ook naar voren zou brengen of als verweer zou voeren ten aanzien van de wijze waarop de Sky-hack heeft plaatsgevonden, de betrokkenheid van de Nederlandse autoriteiten bij de ontwikkeling van deze interceptietool, de betrokkenheid van de Nederlandse autoriteiten bij het initiëren van het Franse onderzoek, de betrouwbaarheid van de Sky-data, de rechtmatigheid van het verkregen bewijs of het al dan niet uitsluiten daarvan, de uitkomst hetzelfde zal zijn, nu de rechters de antwoorden op die vragen niet relevant achten voor de beantwoording van de vragen in de artikelen 348 en 350 Sv en alles voor rechtmatig gehouden dient te worden in verband met het internationale vertrouwensbeginsel.
5.Het standpunt van de rechters
- volgens vaste jurisprudentie een rechterlijke tussenbeslissing als zodanig nimmer grond voor wraking kan zijn, dat het uitgangspunt van het gesloten stelsel van rechtsmiddelen zich evenzeer ertegen verzet dat de motivering van een tussenbeslissing grond kan vormen voor wraking, ook als het gaat om een door de wrakingskamer onjuist, onbegrijpelijk, gebrekkig of te summier geachte motivering of om het ontbreken van een motivering, tenzij de motivering van een (tussen)beslissing niet anders kan worden verstaan dan als blijk van vooringenomenheid van de rechter die haar gegeven heeft;
- van die uitzonderingssituatie in het onderhavige geval geen sprake is, nu de overwegingen van de rechtbank in onderlinge samenhang dienen te worden gelezen en daarbij geen definitief oordeel is gegeven over de rechtmatigheid en betrouwbaarheid van de Sky-data, de rechtmatigheid van het verkregen bewijs of de gestelde misleiding door het OM. Hoewel geen termen als ‘voorshands’ zijn gebruikt, wordt in de motivering van de beslissing expliciet verwezen naar hetgeen ‘vandaag door de verdediging is aangevoerd’ en dat de rechters ‘geen aanknopingspunten hebben gehoord’;
- uit die bewoordingen duidelijk kan worden opgemaakt dat geenszins is beoogd om vooruit te lopen op een definitieve beslissing over tijdens de inhoudelijke behandeling mogelijk te voeren verweren, maar uitsluitend is beslist op de verzoeken die zijn ingediend op de zitting van 5 juli 2022, in het licht van de tijdens die zitting gegeven onderbouwing daarvan.
6.Het standpunt van de officier van justitie
- de tussenbeslissing van de rechters als uitspraak kan worden beschouwd en dat verzoeker niet-ontvankelijk dient te worden verklaard in het wrakingsverzoek, nu dat verzoek na deze uitspraak schriftelijk is ingediend. Mocht verzoeker wel ontvankelijk wordt verklaard in zijn verzoek dan stelt de officier dat:
- wraking volgens vaste jurisprudentie geen middel is dat ertoe strekt om op te kunnen komen tegen onwelgevallige (tussen)beslissingen, ook indien op de motivering van die beslissing het nodige is aan te merken of indien enige motivering ontbreekt, maar dat slechts sprake is van een wrakingsgrond als ‘in het licht van alle omstandigheden van het geval en naar objectieve omstandigheden gemeten’ blijkt van vooringenomenheid van de rechter, waardoor sprake moet zijn van een uitzonderlijk geval;
- uit het wrakingsverzoek niet anders kan worden afgeleid dan dat verzoeker het niet eens is met een beslissing van de rechters, hetgeen geen grond voor wraking oplevert waardoor het verzoek als ongegrond dient te worden afgewezen, nu uit de motivering van de beslissing niet blijkt van vooringenomenheid van de rechters.
7.De beoordeling
Dat wat vandaag door de verdediging is aangevoerd maakt deze overwegingen en uitgangspunten niet anders. Verder heeft de rechtbank geen aanknopingspunten gehoord dat er sprake zou zijn geweest van onrechtmatigheden voorafgaand aan het JIT.’ Deze overwegingen geven er blijk van dat de rechters zich bij het nemen van de tussenbeslissing hebben gebaseerd op de onderbouwing van de onderzoekswensen van verzoeker, zoals die ten tijde van de regiezitting op 5 juli 2022 aan de rechters is voorgehouden. Uit de volledige motivering van de rechters om de onderzoekswensen van verzoeker af te wijzen, in onderlinge samenhang bezien, kan dus niet worden afgeleid dat daarmee vooruit is gelopen op eventueel ter zake nog te vormen oordelen of te nemen beslissingen. Daarbij merkt de wrakingskamer op dat het internationale vertrouwensbeginsel in de basis een uitgangspunt vormt, waarvan slechts zal worden afgeweken indien blijkt dat daar gegronde redenen voor zijn. Met het benoemen van dit uitgangspunt hebben de rechters niet uitgesloten dat de rechtmatigheid van de inzet van de interceptietool op een later moment ter beoordeling voor zal kunnen komen te liggen, indien daarvoor gronden aanwezig blijken te zijn. Naar het oordeel van de wrakingskamer kan, in het licht van alle omstandigheden van het geval en naar objectieve maatstaven gemeten, dan ook niet worden geconcludeerd dat de motivering van de beslissing niet anders kan worden verstaan dan als blijk van vooringenomenheid van de rechters, maar dat deze ruimte laat om op een later moment in de procedure tot een andersluidend oordeel te komen.
8.Beslissing
- wijst het verzoek tot wraking af;
- bepaalt dat de behandeling van de zaak met parketnummer: 02/050229-22 zal worden voortgezet in de stand waarin deze zich bevond ten tijde van de schorsing wegens de indiening van dit verzoek.