ECLI:NL:RBZWB:2022:4772
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen omgevingsvergunning voor reclame-uitingen en vlaggenmasten op bedrijventerrein
Op 12 augustus 2022 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een zaak tussen een eiser en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Tilburg. De eiser had beroep ingesteld tegen het niet tijdig beslissen op zijn bezwaarschrift met betrekking tot een omgevingsvergunning die was verleend aan een derde partij voor het plaatsen van reclame-uitingen en vlaggenmasten op een bedrijventerrein. De rechtbank heeft vastgesteld dat de eiser op 8 juni 2021 beroep had ingesteld tegen het niet tijdig beslissen op zijn bezwaarschrift, en dat het college op 14 juni 2021 alsnog had beslist op de bezwaren van eiser, deze ongegrond verklaard. Tijdens de zitting op 1 juli 2022 heeft de eiser zijn beroep tegen het niet tijdig beslissen ingetrokken, maar bleef hij van mening dat de verleende vergunning in strijd was met de redelijke eisen van welstand en het bestemmingsplan.
De rechtbank heeft de argumenten van eiser beoordeeld, waaronder de stelling dat de reclame-uitingen niet voldeden aan de welstandseisen en dat de vlaggenmasten in strijd waren met het bestemmingsplan. De rechtbank concludeerde dat de Omgevingscommissie terecht had geoordeeld dat de reclame-uitingen voldeden aan de redelijke eisen van welstand. Ook werd vastgesteld dat de vlaggenmasten niet in strijd waren met het bestemmingsplan, omdat de bezwaren van eiser niet strekten tot bescherming van zijn belangen. De rechtbank heeft uiteindelijk het beroep van eiser ongegrond verklaard en geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.