Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
Regio Rotterdam-Dordrecht,
1.Het procesverloop
- een vertegenwoordiger van de Raad;
- een vertegenwoordiger van de GI;
- de pleegmoeder (telefonisch), bijgestaan door een tolk in de Oekraïense taal.
- de moeder.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Op 8 augustus 2022 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een zaak betreffende de tijdelijke voogdij over vier Oekraïense minderjarige kinderen, die met hun pleegmoeder naar Nederland zijn gevlucht. De Raad voor de Kinderbescherming heeft verzocht om de tijdelijke voogdij over de kinderen, die in Oekraïne zijn geboren en daar hun gewone verblijfplaats hadden. De rechtbank heeft vastgesteld dat de moeder van de kinderen, die vermoedelijk in Oekraïne verblijft, het gezag over de kinderen heeft, maar dat haar gezag van rechtswege is geschorst vanwege haar onbekende verblijfplaats en de oorlogssituatie in Oekraïne. De rechtbank heeft besloten om Stichting Nidos te belasten met de tijdelijke voogdij, terwijl de pleegmoeder de dagelijkse zorg voor de kinderen behoudt. De rechtbank heeft daarbij de internationale aspecten van de zaak in overweging genomen, waaronder de toepasselijkheid van het Haag Kinderbeschermingsverdrag 1996 en de EG-verordening nr. 2201/2003 (Brussel II-bis). De beslissing is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en de rechtbank heeft de griffier verzocht om een aantekening te maken in het centraal gezagsregister.