ECLI:NL:RBZWB:2022:4959
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet-ontvankelijk verklaring van bezwaar inzake integriteitsonderzoek door burgemeester
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 24 augustus 2022, hebben eisers, [naam eiser] en [naam eiseres], beroep ingesteld tegen de niet-ontvankelijk verklaring van hun bezwaar door de burgemeester van de gemeente Schouwen-Duiveland. Het bestreden besluit, dat op 2 november 2021 is genomen, verklaarde het bezwaar van eisers niet-ontvankelijk. Eisers stelden dat de burgemeester een integriteitsonderzoek moest instellen naar het handelen van bestuursleden van de stichtingen [naam stichting1] en [naam stichting2], die volgens hen onrechtmatig probeerden € 50.000,00 subsidie te bemachtigen door hen terzijde te schuiven. De burgemeester verweerde zich door te stellen dat er geen sprake was van een besluit, en dat de mededeling om geen onderzoek in te stellen niet gericht was op rechtsgevolg.
Tijdens de zitting op 1 juni 2022 werd besproken of de mededeling van de burgemeester als een besluit kon worden aangemerkt. De rechtbank oordeelde dat artikel 170 van de Gemeentewet, waar eisers hun verzoek op baseerden, niet van toepassing was op de integriteit van stichtingen, maar enkel op de bestuurlijke integriteit van de gemeente zelf. De rechtbank concludeerde dat er geen publiekrechtelijke grondslag was voor het instellen van een integriteitsonderzoek, en dat de burgemeester het bezwaar van eisers terecht niet-ontvankelijk had verklaard. Het beroep werd ongegrond verklaard.
De uitspraak werd gedaan door mr. S.A.M.L. van de Sande, in aanwezigheid van mr. A.J.M. van Hees, griffier. De uitspraak is openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep binnen zes weken na verzending.