ECLI:NL:RBZWB:2022:5281
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verzoek om proceskostenvergoeding na intrekking omgevingsvergunning
Op 9 september 2022 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke zaak waarbij verzoekers, vertegenwoordigd door mr. M.P. Wolf, een verzoek om proceskostenvergoeding hebben ingediend. Dit verzoek volgde op de intrekking van een omgevingsvergunning voor de oprichting van een brandweerkazerne in Roosendaal. De verzoekers stelden dat het college van burgemeester en wethouders niet tijdig had beslist op hun bezwaar tegen het besluit van 4 augustus 2021. Na een verzoek van de vergunninghouder om de omgevingsvergunning in te trekken, heeft het college dit verzoek gehonoreerd op 20 juni 2022. De verzoekers trokken daarop hun beroep in, maar vroegen wel om vergoeding van de proceskosten. De rechtbank heeft het verzoek om proceskostenvergoeding afgewezen, omdat het college niet aan de verzoekers is tegemoetgekomen in de zin van artikel 8:75a van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank oordeelde dat de intrekking van de vergunning door het college niet kan worden gezien als een tegemoetkoming aan de verzoekers, aangezien dit gebeurde na hun beroep tegen het niet tijdig beslissen. De rechtbank heeft op basis van artikel 8:54 Awb zonder zitting uitspraak gedaan en het verzoek om proceskostenvergoeding als kennelijk ongegrond afgewezen.