ECLI:NL:RBZWB:2022:5985

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
12 oktober 2022
Publicatiedatum
14 oktober 2022
Zaaknummer
9681267 CV EXPL 22-439
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Bodemzaak
Rechters
  • M. Dijkman
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van onbetaalde facturen in het kader van een overeenkomst van opdracht in de bouwsector

In deze civiele zaak vordert Branik Montage V.O.F. betaling van onbetaalde facturen door JS Systeembouw B.V. De vordering betreft een bedrag van € 11.160,00, vermeerderd met wettelijke rente. Branik Montage heeft werkzaamheden verricht in de bouw voor JS Systeembouw en heeft hiervoor meerdere facturen verzonden. De eerste factuur is door JS Systeembouw betwist, terwijl de overige facturen onbetaald zijn gebleven. De kantonrechter heeft vastgesteld dat Branik Montage niet aan de stelplicht heeft voldaan voor de eerste factuur, maar dat de overige facturen wel toewijsbaar zijn. De rechter heeft geoordeeld dat JS Systeembouw gehouden is tot betaling van een totaalbedrag van € 7.950,00, vermeerderd met wettelijke rente vanaf 24 augustus 2021. Daarnaast is JS Systeembouw veroordeeld in de proceskosten van Branik Montage, die zijn begroot op € 1.244,41. De uitspraak is gedaan op 12 oktober 2022.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Cluster I Civiele kantonzaken
Breda
zaak/rolnr.: 9681267 CV EXPL 22-439
vonnis d.d. 12 oktober 2022
inzake

1.de vennootschap onder firma Branik Montage V.O.F.,

gevestigd te [adres 1]
2.
[eiseres 1],
wonende te [adres 1]
3.
[eiseres 2],
wonende te [adres 1]
eiseressen,
hierna te noemen: “Branik Montage”,
gemachtigde: mr. R.P. Winkel, advocaat te Zwolle,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
JS Systeembouw B.V.,
statutair gevestigd te [adres 2]
,
gedaagde,
hierna te noemen: “JS Systeembouw”,
gemachtigde: mr. G.C.L. van de Corput, advocaat te Breda.

1.Het verloop van het geding

De procesgang blijkt uit de volgende stukken:
het tussenvonnis in deze zaak van 11 mei 2022 met de daarin genoemde processtukken;
de ter griffie op 2 september 2022 ontvangen aanvullende productie, zijdens Branik Montage;
de aantekeningen van de griffier van de mondelinge behandeling van 14 september 2022.

2.Het geschil

2.1
Branik Montage vordert bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, JS Systeembouw te veroordelen tot betaling van € 11.160,00, te vermeerderen met de wettelijke rente tot aan de dag der algehele voldoening, primair met ingang van 24 augustus 2021, subsidiair met ingang van de dag van dagvaarding, meer subsidiair met ingang van een door de kantonrechter in goede justitie te bepalen datum, met veroordeling van JS Systeembouw in de proceskosten, alsmede de nakosten.
2.2
JS Systeembouw voert verweer en concludeert tot afwijzing van de vordering, met veroordeling van Branik Montage in de proceskosten.

3.De beoordeling

3.1
Tussen partijen staan de volgende feiten – voor zover relevant – vast:
Branik Montage verricht diensten op het gebied van onder meer het monteren van dak-, gevel- en interieurbeplating. JS Systeembouw verricht diensten op het gebied van onder meer het monteren van aluminium- en glasconstructies alsmede het plaatsen van balkonhekwerken. Ook houdt JS Systeembouw zich bezig met het ter beschikking stellen van arbeidskrachten;
tussen partijen is een overeenkomst van opdracht tot stand gekomen met enerzijds JS Systeembouw en de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Van Aerle Montage B.V. als opdrachtgevers en anderzijds Branik Montage als opdrachtnemer. Facturatie op basis van die overeenkomst geschiedde wekelijks, waarbij de gefactureerde uren werden gebaseerd op de leeftijd en de ervaring van de betreffende monteur;
Branik Montage heeft op basis van de overeenkomst werkzaamheden verricht op de projecten Ziekenhuis Hilversum, Sporthal Victorium te Zwolle en Conradhuis te Amsterdam;
aan JS Systeembouw zijn door Branik Montage meerdere facturen in rekening gebracht, te weten:
- een factuur met factuurnummer 20/264 voor een bedrag van € 3.210,00, waarbij als omschrijving is vermeld: “
Project week 1 Ziekenhuis/Hilversum”;
- een factuur met factuurnummer 21/127 voor een bedrag van € 4.064,00, waarbij als omschrijving is vermeld: “
Project week 23 Ziekenhuis/Hilversum montage aluminium gevel panelen”. Op deze factuur is later nog een bedrag van
€ 2.720,00 in mindering gebracht;
- een factuur met factuurnummer 21/158 voor een bedrag van € 3.040,00, waarbij als omschrijving is vermeld: “
Project week 28 Ziekenhuis/Hilversum montage aluminium gevel panelen”;
- een factuur met factuurnummer 21-162 voor een bedrag van € 3.566,00, waarbij als omschrijving is vermeld: “
Project week 29 Ziekenhuis/Hilversum montage aluminium gevel panelen”;
JS Systeembouw heeft van Branik Montage ook de volgende facturen ontvangen, welke zijn betaald:
- een factuur met factuurnummer 21/001 voor een bedrag van € 6.240,00, waarbij als omschrijving is vermeld: “
Project week 1 Ziekenhuis/Hilversum”. Op deze factuur is onder meer handgeschreven vermeld: “
dubbel gefactureerd Jan 2021?”;
- een factuur met factuurnummer 21/127 voor een bedrag van € 2.720,00, waarbij als omschrijving is vermeld: “
Project week 23 Ziekenhuis/Hilversum montage aluminium gevel panelen”. Op deze factuur is onder meer handgeschreven vermeld: “
1e fact”;
op 8 juni 2021 heeft de heer [naam 4] , werkzaam als uitvoerder bij [bedrijf] B.V. een e-mailbericht verzonden aan [naam 1] (de hoofdaannemer van het project te Zwolle):
“(…) Ik heb nog wat dingen die opgelost moeten worden.

De klangen zijn zichtbaar onder het zetwerk

Boven op het dak is de kap scheef gemonteerd

Op de begane grond is de kap niet recht aan de voor kant

En de kap is niet strak van zich zelf. (…)”;
op 21 juni 2021 heeft [naam 1] en [naam 2] een e-mailbericht ontvangen:
“(…) Wederom komen wij lekkages tegen in de kap. Na een controle blijken er nog heel veel lekkage punten te zitten rondom de pootjes en hoeken die zijn afgewerkt door [naam 1] .
(…)
De kap is deels opgeleverd. Er zitten op diverse plekken waterschades aan de binnenzijde. Roeststrepen en vochtplekken op de doeken van Verwol. Dit dient weer te worden hersteld/schoongemaakt. Deze kosten zullen worden bijgehouden en verrekend. (…)”;
in verband met het voormelde e-mailbericht heeft [naam 1] op 22 juni 2021 aan JS Systeembouw en Branik Montage een e-mailbericht verzonden:
“(…) Zie onderstaande mail hiervoor meerdere meldingen van lekkages gehad.
[naam 3] je had de lekkages opgespoord en verholpen nu lekt het weer hoe kan dit???
Wil het niet zo ver laten komen om jullie aansprakelijk te stellen. (…)”;
i. op 12 juli 2021 heeft JS Systeembouw van de heer [naam 5] (van [naam 1] ) een
e-mailbericht ontvangen:
“(…) Bijgaand de als jou bekend de door ons ontvangen schade als ontstaan op het project te Zwolle. (…)”. Aan dit e-mailbericht is een andere e-mailwisseling gekoppeld, waarin staat:
“(…) Ten behoeve van uw project Victorium Zwolle huurde u onder contractnr. 338616 een knik/telescoophoogwerker met verhuurnummer 98250801. Bij de retourcontrole zijn de volgende beschadigingen geconstateerd:

Korf beschadigd (…)”.
De hoogte van de schade is in een factuur vastgesteld op € 3.025,00.
3.2
Branik Montage legt aan haar vordering ten grondslag dat JS Systeembouw toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van haar betalingsverplichtingen, voortvloeiende uit de overeenkomst van opdracht. Daartoe stelt Branik Montage dat zij – na het verrichten van diverse werkzaamheden – een viertal facturen aan JS Systeembouw heeft verzonden, gespecificeerd met urenoverzichten van de daadwerkelijke gewerkte uren. De factuur met nummer 20/264 ziet op de werkzaamheden in de laatste week van 2020. De urenspecificatie daarvan is overgelegd als productie 5 bij dagvaarding. Per abuis staat op de factuur als omschrijving “week 1” vermeld, maar bedoeld is de laatste week van december 2020, hetgeen JS Systeembouw ook had kunnen zien op de bij de factuur gevoegde urenspecificatie. Voor de eerste week van januari 2021 is een andere factuur verzonden. Over de factuur met nummer 21/127 stelt Branik Montage dat er eerst een factuur met een lager bedrag is verzonden (welke is betaald) en dat nadien is gebleken dat die factuur onvolledig was. Om die reden is de thans gevorderde (aanvullende) factuur verzonden, nadat hierover contact is geweest met JS Systeembouw. Deze beide facturen zijn onbetaald gebleven, zodat hiervan betaling wordt gevorderd, vermeerderd met rente. Over de resterende twee facturen (met nummers 21/158 en 21/162) stelt Branik Montage dat deze onbetaald zijn gebleven, terwijl geen sprake is geweest van onjuist uitgevoerde werkzaamheden, van schade aan de zijde van JS Systeembouw of van teveel in rekening gebrachte uren. Branik Montage is nooit aansprakelijk gesteld voor schade of in gebreke gesteld voor onjuist uitgevoerde werkzaamheden. Zodoende wordt ook betaling gevorderd van die facturen, vermeerderd met rente.
3.3
JS Systeembouw betwist nog enig bedrag aan Branik Montage verschuldigd te zijn. Over de factuur met nummer 20/164 voert JS Systeembouw aan dat zij – na opmerkingen van haar zijde over de onjuistheid van die factuur – een andere factuur heeft ontvangen van Branik Montage voor de werkzaamheden van week 1. Die factuur van € 6.240,00 heeft JS Systeembouw op 5 februari 2021 betaald, zodat voor de thans gevorderde factuur voor de werkzaamheden in week 1 geen betaling verschuldigd is. Dat het werkzaamheden betrof voor de laatste week van december 2020 was JS Systeembouw niet bekend. De factuur met nummer 21/127 is volgens JS Systeembouw een onjuiste factuur. Nadat zij daarover contact heeft gehad met Branik Montage is een nieuwe factuur verzonden voor dezelfde werkzaamheden en voor een bedrag van € 2.720,00. Dat bedrag heeft JS Systeembouw op
16 juli 2021 betaald aan Branik Montage. Voorts betwist JS Systeembouw dat zij gehouden is de facturen met nummer 21/158 en 21/162 aan Branik Montage te voldoen. Zij heeft betaling van deze facturen opgeschort, nu Branik Montage op het project Sporthal Victorium te Zwolle schade heeft veroorzaakt aan een [naam 1] gehuurde knik-/telescoophoogwerker. Deze schade wenst JS Systeembouw door te berekenen aan Branik Montage. Ook voert JS Systeembouw aan dat zij haar betaling heeft opgeschort vanwege teveel in rekening gebrachte uren over de periode van februari 2021 tot en met augustus 2021. Tot slot zijn er klachten over het geleverde werk ontvangen, waardoor de kosten daarvan zullen moeten worden verrekend met de facturen van Branik Montage. Ook daarom is betaling opgeschort. Subsidiair doet JS Systeembouw een beroep op verrekening met haar vorderingen op Branik Montage ter zake de factuur over de schade, de teveel berekende uren alsmede de (nog niet bekende) verrekenposten over het ondeugdelijk werk en de opleverpunten.
3.4
Op de nadere standpunten van partijen zal hierna – voor zover relevant – verder worden ingegaan.
factuur met factuurnummer 20/164
3.5
Hoewel de omschrijving van deze factuur vermeldt dat de factuur ziet op verrichte werkzaamheden in week 1 van 2021, volgt (pas voor het eerst) ter zitting uit het standpunt van Branik Montage dat de factuur ziet op verrichte werkzaamheden op 28, 29 en 30 december 2020. JS Systeembouw heeft – gezien dit nader ingenomen standpunt van Branik Montage – ter zitting betwist dat de factuur zag op werkzaamheden in 2020 en dat zij die werkzaamheden nog moet betalen. Daartoe heeft zij aangevoerd dat zij niet kon weten dat het om andere werkzaamheden ging, nu de werkwijze tussen partijen zo was dat de facturen wekelijks achteraf werden verzonden aan JS Systeembouw en dat die facturen dan mogelijk nog gecorrigeerd werden. Dat JS Systeembouw slechts een algemene betwisting heeft ingenomen, komt naar het oordeel van de kantonrechter niet voor diens rekening. JS Systeembouw heeft immers ter zitting pas het standpunt van Branik Montage over deze factuur vernomen.
3.6
Geoordeeld wordt vervolgens ten aanzien van de betalingsverplichting van deze factuur als volgt. In het kader van de stelplicht had het op de weg van Branik Montage gelegen om met feiten en omstandigheden inzichtelijk te maken dat het voor JS Systeembouw wel (en al voor deze procedure) duidelijk was dat de factuur zag op werkzaamheden in 2020. Dat heeft Branik Montage nagelaten. Zo zijn er geen urenspecificaties bij de dagvaarding gevoegd, waardoor het de kantonrechter onmogelijk is gemaakt om na te gaan of bij de thans gevorderde factuur een urenspecificatie was gevoegd waaruit afgeleid kon worden dat het een factuur voor werkzaamheden in 2020 betrof. Weliswaar stelt Branik Montage dat de als productie 5 bij dagvaarding overgelegde urenspecificatie daarvoor dient, maar dat acht de kantonrechter onvoldoende, nu uit die productie nadrukkelijk volgt dat het een voorbeeld van een urenspecificatie betrof en zodoende niet de betreffende urenspecificatie bij deze factuur. Door na te laten de urenspecificaties bij de gevorderde facturen in het geding te brengen, en door dit standpunt pas voor het eerst ter zitting in te nemen, is de kantonrechter van oordeel dat niet aan de stelplicht is voldaan. Dit maakt dat het gevorderde bedrag van € 3.210,00 zal worden afgewezen.
factuur met factuurnummer 21/127
3.7
Tussen partijen staat vast dat JS Systeembouw een bedrag van € 2.720,00 aan Branik Montage heeft voldaan ter voldoening van werkzaamheden op het project Ziekenhuis Hilversum in week 23. Eveneens staat tussen partijen vast dat in de dagvaarding sprake is geweest van een kennelijke verschrijving, nu daar een bedrag van € 2.270,00 is vermeld in plaats van € 2.720,00. Rekening houdend met deze betaling resteert er een bedrag van
€ 1.344,00. Geoordeeld wordt dat JS Systeembouw dat bedrag nog aan Branik Montage is verschuldigd. Weliswaar heeft JS Systeembouw ter zitting betwist dat zij van Branik Montage een e-mailbericht heeft ontvangen over een onjuiste eerste factuur (van € 2.720,00) en een te betalen (tweede) aanvullende factuur, maar daarmee heeft zij naar het oordeel van de kantonrechter niet betwist dat er nog uren voor de werkzaamheden van de betreffende monteurs betaald dienden te worden. Het standpunt van Branik Montage, inhoudende dat haar na verzending van de eerste factuur bleek dat deze onvolledig was en zij daarom nog een tweede (aanvullende) factuur heeft verzonden, is immers onweersproken gebleven. Integendeel, uit productie 2 bij conclusie van antwoord volgt dat op de factuur van
€ 2.720,00 handgeschreven door JS Systeembouw is vermeld dat dit de eerste factuur is. Die handgeschreven opmerking van JS Systeembouw sluit daarmee aan bij het standpunt van Branik Montage dat die factuur de eerste was. Dat een e-mailbericht hierover niet in het geding is gebracht, leidt er niet toe dat de factuur niet betaald hoeft te worden. De verschuldigdheid van die factuur staat – gelet op het voorgaande – immers vast. De kantonrechter zal dan ook een bedrag van € 1.344,00 toewijzen.
factuur met factuurnummer 21/158 & factuur met factuurnummer 21/162
3.8
Als erkend staat vast dat JS Systeembouw deze facturen niet heeft voldaan, zodat ze om die reden in beginsel toewijsbaar zijn. JS Systeembouw heeft echter een beroep gedaan op opschorting van haar betalingsverplichting vanwege (gestelde) schade aan een gehuurde knik-/telescoophoogwerker, teveel in rekening gebrachte uren en door JS Systeembouw ontvangen klachten van andere aannemers.
3.9
Voor een rechtsgeldig beroep op opschorting is vereist dat sprake is van een opeisbare vordering. Hoewel JS Systeembouw een factuur heeft overgelegd waaruit een schadebedrag volgt vanwege schade aan een knik/telescoophoogwerker, leidt die ene factuur er niet toe dat er een opeisbare vordering jegens Branik Montage (en dus een opschortingsrecht) bestaat. Ter zitting heeft Branik Montage immers aangevoerd dat die hoogwerker is gebruikt tijdens een project waar zij werkzaam was in opdracht van Van Aerle Montage B.V. en niet in opdracht van JS Systeembouw. Tegenover die stelling heeft JS Systeembouw ingebracht dat het juist is dat er werk wordt verricht namens JS Systeembouw en Van Aerle Montage B.V. en dat het haar thans niet zeker meer is in wiens opdracht de werkzaamheden zijn verricht. In het licht daarvan wordt het de kantonrechter onmogelijk gemaakt te concluderen dat JS Systeembouw op dit punt een opeisbare vordering op Branik Montage heeft. Daar komt nog bij dat Branik Montage betwist dat die schade is veroorzaakt door zijn werknemers, zodat ook van een causaal verband tussen de gestelde schade en de aansprakelijkheid van Branik Montage niet is gebleken.
3.1
Naar het oordeel van de kantonrechter heeft JS Systeembouw vervolgens onvoldoende gesteld en onderbouwd om te concluderen dat Branik Montage teveel uren in rekening heeft gebracht. Gezien het beroep op opschorting van JS Systeembouw is het aan haar om inzichtelijk te maken welke concrete schade zij heeft geleden. JS Systeembouw heeft slechts gesteld dat de schade haar is gebleken op basis van door de hoofdaannemer bijgehouden tourniquetlijsten. Deze zijn echter niet in het geding gebracht, terwijl de juistheid ervan door Branik Montage is betwist. Aangezien JS Systeembouw heeft nagelaten gemotiveerd en inzichtelijk te onderbouwen welke schade zij als gevolg van de gestelde tekortkoming heeft geleden, slaagt het beroep op opschorting op dit punt niet.
3.11
Voorts is de kantonrechter van oordeel dat JS Systeembouw voor een geslaagd beroep op opschorting Branik Montage in de gelegenheid had moeten stellen tot het doen van herstelwerkzaamheden. Opschorting dient er immers toe de andere partij ertoe te bewegen alsnog (deugdelijk) na te komen. Ter zitting is erkend dat die gelegenheid aan Branik Montage niet is gegeven. Bovendien geldt ook hier dat geen sprake is van een opeisbare vordering. Uit het e-mailbericht van 22 juni 2021 – productie 4 bij conclusie van antwoord – blijkt immers nog niet van een daadwerkelijke aansprakelijkheid jegens JS Systeembouw, zodat ook onduidelijk is welke klachten het betreft en welke schade daaruit voortvloeit.
Zodoende is de kantonrechter ook op dit punt van oordeel dat een beroep op opschorting niet slaagt.
3.12
Subsidiair heeft JS Systeembouw een beroep gedaan op verrekening met haar vorderingen op Branik Montage. Nu echter is geoordeeld dat van opeisbare en inzichtelijke vorderingen op Branik Montage niet is gebleken, slaagt ook dit subsidiaire verweer niet. Dit leidt dan ook tot het oordeel dat JS Systeembouw gehouden is tot betaling van de bedragen van € 3.040,00 en € 3.566,00.
conclusie
3.13
Op grond van al hetgeen hiervoor is overwogen, komt de kantonrechter tot het oordeel dat een bedrag van (€ 1.344,00 + € 3.040,00 + € 3.566,00 =) € 7.950,00 aan hoofdsom toewijsbaar is. Vanwege het betalingsverzuim is de hierover (in het petitum) gevorderde wettelijke rente vanaf 24 augustus 2021 eveneens toewijsbaar.
3.14
JS Systeembouw zal als de grotendeels in het ongelijk te stellen partij worden veroordeeld in de proceskosten. Nu slechts een gedeelte van de gevorderde hoofdsom wordt toegewezen, zal het gemachtigdensalaris op basis van het toe te wijzen bedrag worden berekend. De proceskosten worden derhalve begroot op een bedrag van € 514,00 aan griffierecht, een bedrag van € 622,00 aan gemachtigdensalaris (2 punten à € 311,00) en een bedrag van € 108,41 aan explootkosten, zijnde een totaalbedrag van € 1.244,41.
3.15
De nakosten, waarvan Branik Montage betaling vordert, zullen op de in het dictum weergegeven wijze worden begroot.

4.De beslissing

De kantonrechter:
veroordeelt JS Systeembouw om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan Branik Montage te betalen een bedrag van € 7.950,00, te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 24 augustus 2021 tot aan de dag der algehele voldoening;
veroordeelt JS Systeembouw in de kosten van dit geding, aan de zijde van Branik Montage tot op heden begroot op € 1.244,41, daarin begrepen een bedrag van € 622,00 als salaris voor de gemachtigde van Branik Montage;
veroordeelt JS Systeembouw onder de voorwaarde dat zij niet binnen veertien dagen na aanschrijving door Branik Montage volledig aan dit vonnis voldoet, in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op € 124,00 aan salaris voor de gemachtigde van Branik Montage, te vermeerderen, indien betekening van het vonnis heeft plaatsgevonden, met de explootkosten van betekening van het vonnis;
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
wijst de vordering voor het overige af.
Dit vonnis is gewezen door mr. Dijkman en in het openbaar uitgesproken op
12 oktober 2022.