ECLI:NL:RBZWB:2022:6849

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
16 november 2022
Publicatiedatum
17 november 2022
Zaaknummer
399150_E16112022
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Bodemzaak
Rechters
  • Mr. van Alphen
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van motorrijtuigenbelasting en premies autoverzekering in het kader van een koopovereenkomst

In deze bodemzaak, behandeld door de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, vorderde eiser betaling van motorrijtuigenbelasting en premies autoverzekering tot en met mei 2022, alsook wettelijke rente over deze bedragen. De procedure begon met een dagvaarding en de advocaat van gedaagde heeft zich onttrokken, waardoor gedaagde zonder vertegenwoordiging bleef. De rechtbank oordeelde dat de vordering van eiser voor een deel toewijsbaar was, maar wees een deel van de gevorderde rente af omdat eiser niet tweemaal rente over dezelfde dag kon vorderen. De rechtbank stelde vast dat de kosten voor motorrijtuigenbelasting en premies autoverzekering tot de datum van overdracht van de auto aan gedaagde moesten worden toegewezen. Eiser vorderde ook buitengerechtelijke incassokosten en proceskosten, die eveneens werden toegewezen. De rechtbank veroordeelde gedaagde tot nakoming van de koopovereenkomst binnen acht dagen, met een dwangsom voor elke dag dat gedaagde in gebreke bleef. Het vonnis werd uitgesproken op 16 november 2022.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Cluster II Handelszaken
Breda
zaaknummer / rolnummer: C/02/399150 / HA ZA 22-327
Vonnis van 16 november 2022
in de zaak van
[eiser],
wonende te [adres] ,
eiser,
advocaat mr. R.A.W. van Oudheusden te Oosterhout,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
WIJKOPENAUTOS BV,
gevestigd te Amsterdam,
gedaagde,
advocaat onttrokken.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding, met producties genummerd 1 tot en met 8,
de rolbeslissing van 21 september 2022 waarin akte wordt verleend dat de advocaat van gedaagde zich aan de zaak onttrekt, waarna zich voor gedaagde geen nieuwe advocaat heeft gesteld.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De beoordeling

2.1.
Eiser vordert betaling van de motorrijtuigenbelasting en premies autoverzekering tot en met mei 2022, te vermeerderen met de na mei 2022 nog verschuldigd wordende termijnen tot de dag der algehele voldoening aan het in deze te wijzen vonnis. De rechtbank overweegt dat deze bedragen door eiser niet meer hoeven te worden voldaan vanaf het moment dat de eigendom van de auto is geleverd aan c.q. overgeschreven is op naam van gedaagde. Deze kosten zullen dan ook worden toegewezen tot de datum van overdracht.
2.2.
Eiser vordert wettelijke rente tot en met 31 mei 2022 ter hoogte van € 595,66, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 31 mei 2022 over € 52.484,68, welk bedrag vermeerderd dient te worden met de na mei 2022 nog verschuldigd wordende termijnen ter zake van motorrijtuigenbelasting en premies autoverzekering, tot de dag der algehele voldoening.
2.3.
De rechtbank stelt vast dat eiser tweemaal rente vordert over dezelfde dag, te weten 31 mei 2022. Nu eiser niet tweemaal over dezelfde dag rente kan vorderen, zal de rechtbank de rente vanaf 1 juni 2022 toewijzen.
2.4.
Daarnaast vordert eiser rente vanaf 31 mei 2022 over een bedrag waarin voor een deel al rente is begrepen. De gevorderde wettelijke rente is echter op grond van de wet niet toewijsbaar over reeds berekende wettelijke rente voor zover deze niet over een geheel jaar verschuldigd is, zodat de vordering voor dat deel moet worden afgewezen.
2.5.
De stellingen van eiser kunnen het gevorderde voor het overige dragen en zijn door gedaagde niet weersproken. Het gevorderde moet daarom worden toegewezen.
2.6.
Gedaagde zal als de grotendeels in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van eiser worden begroot op:
- dagvaarding € 131,18
- griffierecht 1.301,00
- salaris advocaat
1.114,00(1,0 punt × tarief € 1.114,00)
Totaal € 2.546,18
2.7.
De nakosten, waarvan eiser betaling vordert, zullen op de in het dictum weergegeven wijze worden begroot.

3.De beslissing

De rechtbank
3.1.
veroordeelt gedaagde tot nakoming van de tussen gedaagde en eiser tot stand gekomen koopovereenkomst binnen 8 dagen dagtekening van dit vonnis op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 250,00 per dag, voor iedere dag dat gedaagde met nakoming van dit vonnis in gebreke blijft, met een maximum van € 50.000,00,
3.2.
veroordeelt gedaagde om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan eiser te betalen:
de koopsom van € 51.000,00 (eenenvijftigduizend euro);
de door eiser betaalde motorrijtuigenbelasting en premies autoverzekering tot en met mei 2022 ad € 888,02, te vermeerderen met de na mei 2022 nog verschuldigd wordende termijn ter zake van motorrijtuigenbelasting en premies autoverzekering tot aan de dag dat de auto, na voldoening van de onder a. genoemde koopsom aan eiser, aan gedaagde is geleverd;
de wettelijke rente tot en met 31 mei 2022 ad € 595,66, vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 1 juni 2022 over € 52.484,68, welk bedrag vermeerderd dient te worden met de na mei 2022 nog verschuldigd wordende termijnen ter zake van motorrijtuigenbelasting en premies autoverzekering, verminderd met het gedeelte van de vervallen rente dat op de dag van betaling nog niet meer dan een jaar verschuldigd is, met ingang van 1 juni 2022 tot de dag van volledige betaling;
e buitengerechtelijke incassokosten ad € 1.565,60,
3.3.
veroordeelt gedaagde in de proceskosten, aan de zijde van eiser tot op heden begroot op € 2.546,18,
3.4.
veroordeelt gedaagde in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op:
- € 163,00 aan salaris advocaat, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf 14 dagen na dagtekening van dit vonnis tot de dag van volledige betaling,
- te vermeerderen, onder de voorwaarde dat betekening van de uitspraak heeft plaatsgevonden en gedaagde niet binnen 14 dagen na aanschrijving aan het vonnis heeft voldaan, met een bedrag van € 85,00 aan salaris advocaat en de explootkosten van betekening van de uitspraak,
3.5.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
3.6.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. van Alphen en in het openbaar uitgesproken op 16 november 2022.