Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Maison de France Den Haag B.V.,
1.Het verloop van het geding
2.Het geschil
3.De beoordeling
.Loods5 fungeert als tussenpersoon. Voor de uitvoering van deze bestelling zou Maison de France zorg dragen;
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
In deze civiele zaak, behandeld door de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, vorderde Maison de France Den Haag B.V. betaling van € 1.740,01 van de gedaagde, na de annulering van een koopovereenkomst voor stoelen. De gedaagde had oorspronkelijk een set van 2 stoelen besteld, maar na annulering door de leverancier, Loods5, ontving hij per abuis 6 stoelen. Maison de France stelde dat de gedaagde ongerechtvaardigd was verrijkt door de stoelen te behouden, ondanks dat de koopovereenkomst was geannuleerd. De gedaagde voerde aan dat hij altijd de intentie had gehad om 6 stoelen te kopen en dat hij het bedrag van € 699,00 had teruggekregen na de annulering. De kantonrechter oordeelde dat de oorspronkelijke koopovereenkomst niet los kon worden gezien van de vordering van Maison de France. De rechter concludeerde dat Maison de France niet voldoende bewijs had geleverd dat de gedaagde slechts 2 stoelen had besteld. Hierdoor werd de vordering van Maison de France afgewezen en werd zij veroordeeld in de proceskosten, die aan de zijde van de gedaagde op nihil werden vastgesteld, aangezien deze zonder gemachtigde had geprocedeerd.