ECLI:NL:RBZWB:2022:7836

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
21 december 2022
Publicatiedatum
22 december 2022
Zaaknummer
10059474 CV EXPL 22-3110
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Bodemzaak
Rechters
  • M. Tilman-Knoester
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing vordering tot betaling door Youvia B.V. wegens onvoldoende onderbouwing van overeenkomst met gedaagde

In deze civiele zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 21 december 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen Youvia B.V. en een gedaagde partij. Youvia, een online marketingbedrijf, vorderde betaling van een bedrag van € 1.358,75 van de gedaagde, die in 2017 een overeenkomst van opdracht met Youvia had gesloten. Youvia stelde dat deze overeenkomst stilzwijgend was verlengd en dat de gedaagde in gebreke was gebleven met de betaling van de facturen. De gedaagde betwistte echter dat de overeenkomst ook betrekking had op online vermelding van haar bedrijfsgegevens en stelde dat Youvia de overeenkomst eenzijdig had gewijzigd.

De kantonrechter heeft vastgesteld dat Youvia niet voldoende heeft onderbouwd dat de overeenkomst ook betrekking had op online diensten. De rechter oordeelde dat het aan Youvia was om te bewijzen dat de overeenkomst ook online vermelding omvatte, maar dat zij hierin niet was geslaagd. De rechter heeft de vordering van Youvia afgewezen en Youvia veroordeeld in de proceskosten van de gedaagde, die op nihil zijn begroot, aangezien de gedaagde zonder gemachtigde had geprocedeerd.

Dit vonnis benadrukt het belang van een duidelijke onderbouwing van vorderingen in civiele procedures en de noodzaak voor eisers om hun stellingen voldoende te onderbouwen met bewijs.

Uitspraak

RECHTBANKZEELAND-WEST-BRABANT
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Tilburg
Zaaknummer: 10059474 \ CV EXPL 22-3110
Vonnis van 21 december 2022
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid YOUVIA B.V.,
gevestigd en kantoorhoudende te Amsterdam,
eisende partij,
hierna te noemen: Youvia,
gemachtigde: LAVG Groningen,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid [gedaagde] . B.V.,
gevestigd en kantoorhoudende te [vestigingsplaats] ,
gedaagde partij,
hierna te noemen: [gedaagde] ,
procederend bij directeur [directeur gedaagde] .

1.De procedure

Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding met producties;
- de conclusie van antwoord ;
- de conclusie van repliek met producties;
- de conclusie van dupliek.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

De kantonrechter stelt de volgende feiten vast:
- Youvia exploiteert een online marketingbedrijf.
- Per 13 maart 2020 is de statutaire naam van Youvia gewijzigd van DTG B.V. naar Youvia B.V.
- Youvia en [directeur gedaagde] hebben in 2017 een overeenkomst van opdracht gesloten.
- De brief van 19 april 2018 van Youvia aan [directeur gedaagde] vermeldt het volgende:
“De online vindbaarheid van uw bedrijf is goed geregeld op detelefoongids.nl, andere belangrijke sites zoals Google, Apple, TomTom en Facebook en in de papieren gids door het abonnement dat u bij ons heeft afgesloten.
Uw abonnement wordt verlengd
Ook in de komende 12 maanden is bovengenoemde (online) vindbaarheid geborgd: dit abonnement wordt binnenkort automatisch verlengd voor de periode van 1 jaar. De bijbehorende factuur volgt binnen een aantal weken.
De laatste editie van de papieren Telefoongids & Gouden Gids
Zoals we u eerder lieten weten wordt dit jaar de gids voor het laatst gedrukt. Daarna gaat De Telefoongids, na 137 jaar, helemaal digitaal. Uiteraard zorgen we dat uw bedrijf in deze laatste editie goed gevonden wordt. En dat is extra belangrijk, want deze gids zal nog jaren meegaan. Als trouwe klant is bij verlenging van uw contract de plaatsing in deze laatste editie helemaal gratis. Uw investering zal 100% gebruikt worden voor het verbeteren van uw online vindbaarheid.
(…)
Contact bij vragen
De bijlage bevat alle abonnementsgegevens. Heeft u een vraag of wijziging? Geef het door vóór de datum die in de bijlage staat.(…)”.
-In een orderbevestiging van 24 oktober 2018 is vermeld
“herstelorder ivm startdatum”en onder de kop
“product”is vermeld
“online profiel basis startdatum”.
- Youvia heeft in de periode van 30 mei 2018 tot en met 28 oktober 2019 (na creditering) een bedrag van € 894,94 aan [directeur gedaagde] gefactureerd.
- [directeur gedaagde] heeft dit bedrag, ondanks aanmaningen daartoe door de gemachtigde van Youvia onbetaald gelaten.
- [directeur gedaagde] heeft de gemachtigde van Youvia herhaaldelijk verzocht om uitleg over de facturen.

3.Het geschil

3.1
Youvia vordert bij vonnis, voor zoveel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, [directeur gedaagde] te veroordelen om tegen behoorlijk bewijs van kwijting te betalen een bedrag van € 1.358,75 (bestaande uit de hoofdsom van € 894,94, vermeerderd met € 134,24 aan buitengerechtelijke incassokosten en € 329,57 wettelijke handelsrente over de hoofdsom vanaf het moment van verzuim tot 20 juli 2022), te vermeerderen met de wettelijke handelsrente vanaf 20 juli 2022 over een bedrag van € 894,94 tot de dag van algehele voldoening, alsmede [directeur gedaagde] te veroordelen in de proceskosten en nakosten.
3.2
[directeur gedaagde] voert verweer.
3.3
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover nodig, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1
Youvia legt, kort gezegd, het volgende aan haar vordering ten grondslag. Tussen partijen is voor de duur van een jaar in 2017 een overeenkomst tot stand gekomen. Deze overeenkomst wordt op grond van artikel 11.1 van de toepasselijke algemene voorwaarden, behoudens tijdige opzegging, jaarlijks stilzwijgend verlengd. Ook in 2018, het jaar waarin de laatste editie van de papieren Telefoongids & Gouden Gids is verschenen, is de overeenkomst bij gebreke van opzegging door [directeur gedaagde] met een jaar verlengd. Youvia heeft [directeur gedaagde] op 19 april 2018 een vooraankondiging van de verlenging verzonden. In de aankondiging staat dat het abonnement wordt verlengd. [directeur gedaagde] is met de uit de overeenkomst voortvloeiende betalingsverplichting in gebreke gebleven. Youvia vordert nakoming van deze betalingsverplichting. Voorts is [directeur gedaagde] de wettelijke handelsrente en buitengerechtelijke incassokosten verschuldigd, nu zij bij gebreke van tijdige betaling in verzuim is geraakt.
4.2
[directeur gedaagde] voert ter motivering van haar verweer het volgende aan. In mei 2017 heeft er contact plaatsgevonden met Youvia over de plaatsing van advertenties in de papieren Telefoongids en de Gouden Gids, editie 2017. Van een stilzwijgende verlenging van die overeenkomst is onmogelijk sprake geweest, aangezien in 2017 de laatste publicatie van de papieren Telefoongids en de Gouden Gids heeft plaatsgevonden. De overeenkomst zag niet op de vermelding van haar bedrijfsgegevens op het internet. Zij is niet bekend met de orderbevestiging van 24 oktober 2018 en bovendien nooit hiermee akkoord gegaan. Zij heeft Youvia geen opdracht gegeven voor een online profiel. Youvia heeft de overeenkomst kennelijk eenzijdig gewijzigd. Onduidelijk is welke diensten Youvia heeft geleverd en in welke periode dit plaats heeft gevonden. Bovendien heeft [directeur gedaagde] nimmer een terugkoppeling/resultaten ontvangen. [directeur gedaagde] heeft meerdere malen aan Youvia gevraagd waar de facturen op zien, maar daar is nimmer antwoord op gekomen, aldus [directeur gedaagde] .
4.3
De kantonrechter overweegt het volgende.
4.4
Vaststaat dat tussen partijen, in mei 2017, een overeenkomst van opdracht is gesloten die betrekking had op de vermelding van bedrijfsgegevens van het bedrijf van [directeur gedaagde] in de papieren telefoongids en de Gouden Gids, editie 2017. [directeur gedaagde] heeft niet weersproken dat op deze overeenkomst de algemene voorwaarden van Youvia van toepassing zijn en dat op grond van die voorwaarden de overeenkomst is aangegaan voor de duur van een jaar die behoudens opzegging telkens stilzwijgend wordt verlengd met de duur van een jaar. Van Vleuten stelt dat van stilzwijgende voortzetting geen sprake kan zijn geweest omdat Youvia na 2017 is gestopt met het vervaardigen van de papieren telefoongids en de Gouden Gids. Om die reden kan van een stilzwijgende overeenkomst volgens Van Vleuten geen sprake zijn. [directeur gedaagde] betwist dat de overeenkomst tevens zag op de vermelding van bedrijfsgegevens van het bedrijf van [directeur gedaagde] op het internet. [directeur gedaagde] stelt dat Youvia de overeenkomst eenzijdig heeft gewijzigd. [directeur gedaagde] stelt dat zij nimmer opdracht tot een online vermelding van haar bedrijfsgegevens heeft gegeven.
4.5
Uit de stellingen van Youvia en de inhoud van de door haar als productie 8 overgelegde brief van 19 april 2018 (zie hiervoor onder 2.) leidt de kantonrechter af dat zij zich op het standpunt stelt dat de in mei 2017 gesloten overeenkomst niet alleen betrekking had op de vermelding van bedrijfsgegevens van het bedrijf van [directeur gedaagde] in de papieren Telefoongids en de Gouden Gids, maar tevens op het delen van alle bedrijfsgegevens van [directeur gedaagde] in een netwerkprofiel, met als doel dat het bedrijf beter wordt gevonden op het internet. Dit laatste wordt uitdrukkelijk betwist door [directeur gedaagde] .
4.6
De kantonrechter overweegt dat het – mede gelet op de gemotiveerde betwisting door [directeur gedaagde] – aan Youvia is om te stellen en te onderbouwen dat de in 2017 gesloten overeenkomst mede zag op online vermelding van de bedrijfsgegevens van [directeur gedaagde] , aangezien Youvia zich op het rechtsgevolg van die stelling, te weten betaling voor geleverde diensten, beroept. Youvia heeft dit niet, althans onvoldoende gedaan. Zo heeft zij geen exemplaar van de in mei 2017 gesloten overeenkomst in het geding gebracht, waaruit kan worden afgeleid wat partijen ten aanzien van de dienstverlening zijn overeengekomen. Voor zover Youvia heeft verwezen naar de door als productie 8 overgelegde brief van 19 april 2018 (de zogenoemde vooraankondiging van de verlenging van het bestaande abonnement), waarin staat dat de online vindbaarheid goed is geregeld door het door [directeur gedaagde] afgesloten abonnement is dit ook onvoldoende. Uit die brief volgt niet wat de inhoud van dit abonnement is. Verder heeft te gelden dat [directeur gedaagde] de ontvangst van deze brief heeft betwist. De stelling van Youvia dat [directeur gedaagde] deze brief zonder enig protest heeft behouden en dat daaruit kan worden afgeleid dat zij heeft ingestemd met de inhoud van de brief, wordt dan ook gepasseerd. Hetzelfde geldt ten aanzien van de orderbevestiging van 24 oktober 2018 (productie 3 bij dagvaarding), ten aanzien waarvan [directeur gedaagde] de ontvangst eveneens heeft betwist.
4.7
Het voorgaande leidt ertoe dat Youvia haar vordering onvoldoende heeft onderbouwd. Nu zij niet heeft voldaan aan de stelplicht, wordt aan bewijslevering niet toegekomen. De vordering van Youvia wordt dan ook afgewezen.
4.8
Youvia zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de proceskosten, met dien verstande dat deze kosten aan de kant van [directeur gedaagde] worden begroot op nihil, nu [directeur gedaagde] zonder bijstand van een gemachtigde heeft geprocedeerd en gesteld noch gebleken is dat zij anderszins kosten heeft gemaakt in het kader van deze procedure die voor vergoeding in aanmerking komen.
De beslissing
De kantonrechter
wijst de vorderingen van Youvia af;
veroordeelt Youvia in de proceskosten van [directeur gedaagde] tot op heden begroot op nihil.
Dit vonnis is gewezen door mr. Tilman-Knoester en in het openbaar uitgesproken op 21 december 2022.