ECLI:NL:RBZWB:2022:7913

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
22 december 2022
Publicatiedatum
23 december 2022
Zaaknummer
AWB- 20_10380
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijk verklaring van beroep na overlijden eiseres zonder erfgenamen

In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 22 december 2022, is het beroep van wijlen eiseres, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. J.L.A.M. van Os, niet-ontvankelijk verklaard. Eiseres had een uitkering op grond van de Participatiewet, welke door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Gilze en Rijen per 4 mei 2018 was ingetrokken. Het bezwaar tegen deze intrekking werd door het college ongegrond verklaard, waarna eiseres beroep instelde.

Op 4 april 2022 ontving de rechtbank het bericht dat eiseres was overleden. De zitting die gepland stond op 5 april 2022 ging niet door. De gemachtigde van eiseres meldde op 5 juli 2022 dat hij geen contact had kunnen leggen met erfgenamen of naasten. De rechtbank verzocht de gemachtigde op 25 augustus 2022 om aan te tonen dat hij gemachtigd was door de erfgenamen om het beroep voort te zetten, alsook om een verklaring van erfrecht te overleggen.

Op 29 augustus 2022 gaf de gemachtigde aan niet gemachtigd te zijn en dat er geen erfgenamen bekend waren. De rechtbank concludeerde dat, aangezien eiseres was overleden en er geen erfgenamen waren die het beroep konden voortzetten, het procesbelang aan het beroep was komen te ontvallen. Daarom werd het beroep niet-ontvankelijk verklaard. De rechtbank oordeelde dat er geen aanleiding was voor een veroordeling in de proceskosten. De uitspraak werd openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Zittingsplaats Breda
Bestuursrecht
zaaknummer: BRE 20/10380 PW

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 22 december 2022 in de zaak tussen

wijlen [naam eiseres] , uit [woonplaats] , eiseres

(gemachtigde: mr. J.L.A.M. van Os),
en
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Gilze en Rijen, verweerder.

Overwegingen

In het besluit van 19 augustus 2020 (primaire besluit) heeft het college de uitkering die eiseres op grond van de Participatiewet ontving, ingetrokken per 4 mei 2018.
In het besluit van 17 november 2020 (bestreden besluit) heeft het college het bezwaar van eiseres tegen het primaire besluit ongegrond verklaard.
Eiseres heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld.
Op 4 april 2022 heeft de rechtbank van de gemachtigde van eiseres het bericht ontvangen dat eiseres is overleden. De geplande zitting van 5 april 2022 heeft vervolgens geen doorgang gevonden. De gemachtigde van eiseres heeft de rechtbank op 5 juli 2022 laten weten dat het niet is gelukt om contact te leggen met de erfgenamen en/of naasten van eiseres.
Bij brief van 25 augustus 2022 heeft de griffier van de rechtbank de gemachtigde van eiseres gevraagd om aan te tonen dat hij door de erfgenamen van eiseres is gemachtigd om het beroep voort te zetten. Daarnaast heeft de griffier verzocht om toezending van de verklaring van erfrecht.
De gemachtigde van eiseres heeft op 29 augustus 2022 aangegeven niet gemachtigd te zijn om het beroep voort te zetten. Er zijn geen erfgenamen bekend en er kan geen verklaring van erfrecht worden overgelegd.
Nu eiseres is overleden en niet is gebleken dat er erfgenamen zijn die eiseres in het onderhavige geding zijn opgevolgd en de zaak zouden willen voortzetten, is de rechtbank van oordeel dat het procesbelang aan het beroep is komen te ontvallen. Het beroep zal om die reden niet-ontvankelijk worden verklaard.
Voor een veroordeling in de proceskosten bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Deze uitspraak is gedaan door mr. I.M. Josten, rechter, in aanwezigheid van mr. E.A. Vermunt, griffier op 22 december 2022 en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
De griffier is niet in de gelegenheid om deze uitspraak mede te ondertekenen.
rechter
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Bent u het niet eens met deze uitspraak?Een partij die het niet eens is met deze uitspraak, kan een hogerberoepschrift sturen naar de Centrale Raad van Beroep waarin wordt uitgelegd waarom deze partij het niet eens is met de uitspraak. Het hogerberoepschrift moet worden ingediend binnen zes weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden.