ECLI:NL:RBZWB:2022:8023
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Proceskostenveroordeling in bestuursrechtelijke zaak na intrekking beroep
In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 30 december 2022 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure tussen een verzoeker en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen. De verzoeker, vertegenwoordigd door mr. T.H.M.M. Kusters, had in eerste instantie een uitkering op grond van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen aangevraagd, maar deze aanvraag werd op 15 februari 2022 afgewezen. Na een bezwaarprocedure verklaarde de verweerder het bezwaar ongegrond. De verzoeker heeft hiertegen beroep ingesteld. Op 9 november 2022 heeft de verweerder echter het bestreden besluit gewijzigd en vastgesteld dat de verzoeker per 5 maart 2021 volledig en duurzaam arbeidsongeschikt is, waardoor hij alsnog recht heeft op een IVA-uitkering. Hierop heeft de verzoeker zijn beroep ingetrokken en verzocht om vergoeding van de proceskosten.
De rechtbank heeft de verweerder in de gelegenheid gesteld te reageren op het verzoek om proceskostenveroordeling. De rechtbank heeft op basis van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) zonder zitting uitspraak gedaan. De rechtbank overweegt dat de veroordeling van een partij in de proceskosten is geregeld in de artikelen 8:75 en 8:75a van de Awb. Aangezien de verweerder tegemoet is gekomen aan het beroep van de verzoeker, heeft de rechtbank het verzoek om proceskostenveroordeling als kennelijk gegrond toegewezen. De rechtbank heeft de proceskosten vastgesteld op € 759,- voor de door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand en heeft de verweerder tevens verplicht het door de verzoeker betaalde griffierecht van € 50,- te vergoeden.
De uitspraak is openbaar gemaakt en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen. De verzoeker heeft de mogelijkheid om binnen 6 weken na verzending van de uitspraak een verzetschrift in te dienen als hij het niet eens is met de uitspraak.