3.1.Tussen partijen staan – voor zover relevant – de volgende feiten vast:
de stichting levert in het kader van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) zorg op basis van Beschermd Wonen met 24-uurs bereikbaarheidsdienst aan mensen met een psychische/psychiatrische beperking, autisme of een verstandelijke beperking;
de Stichting beschikt over een aantal huurwoningen die zij als onderverhuurder kan verhuren aan haar cliënten;
[gedaagde] heeft op 4 november 2020 vanuit de gemeente op grond van de WMO een indicatie gekregen voor Beschermd Wonen met begindatum 12 oktober 2020;
met ingang van 12 oktober 2020 neemt [gedaagde] zorg af van de Stichting, waarbij hij woonachtig is in een woning van de Stichting. Een schriftelijke zorgovereenkomst is niet opgemaakt. De inhoud van de zorgovereenkomst volgt uit het op 7 mei 2021 opgestelde zorgplan;
op 12 oktober 2020 hebben partijen een “TIJDELIJKE HUUROVEREENKOMST MET BEGELEIDING [adres] GOIRLE” gesloten ten aanzien van de woonruimte gelegen aan [woonadres] (hierna: “de woning”);
in de inleiding van de hiervoor genoemde overeenkomst staat onder andere:
“- verhuurster bereid is eerder genoemde woonruimte uitsluitend voor de duur van de begeleiding door de begeleidende instantie in huur te geven aan huurder;
(…)
- in verband met het feit dat begeleiding van huurder noodzakelijk is, de begeleiding onlosmakelijk verbonden is met de tijdelijke huurovereenkomst met begeleiding. Dit houdt in dat de tijdelijke huurovereenkomst met begeleiding te allen tijde eindigt indien de begeleiding door de begeleidende instantie eindigt. Zie hiervoor ook de allonge gekoppeld aan deze overeenkomst.
- de bepalingen van het – tussen de begeleidende instantie en de huurder gesloten – zorgplan en de in aanvulling hierop gesloten allonge en instellingsregels te allen tijde prevaleren boven de bepalingen van de tijdelijke huurovereenkomst met begeleiding.
- huurder uitdrukkelijk verklaart ermee bekend te zijn dat deze overeenkomst een essentieel tijdelijk karakter draagt en dat hij/zij geen beroep zal doen op huurbescherming c.q. andere wettelijke bepalingen waarmee huurder het gebruik van het gehuurde object tegen de wil van verhuurster zou willen verlengen;
- uit het woonverleden van huurder gebleken is dat woonbegeleiding noodzakelijk is om uiteindelijk te komen tot zelfstandig wonen zonder begeleiding;
- partijen zich ten doel stellen de huurder een begeleiding te bieden met als doel om huurder zelfstandig te laten wonen door middel van het ter beschikking stellen van een ruimte om te wonen door verhuurster en het geven van begeleiding door de begeleidende instantie;”;
in artikel 2 van de overeenkomst staat:
“Het gehuurde is uitsluitend bestemd om te worden gebruikt als woonruimte, enkel voor huurder, welke partij is bij een (woon-)begeleidingsplan en allonge als bedoeld in artikel 8 van deze huurovereenkomst, gesloten tussen huurder en de begeleidende instantie. Het ter beschikking stellen van het gehuurde is een middel om de tussen huurder en de begeleidende instantie tot stand gekomen (woon-)begeleidingsplan en allonge te faciliteren, dat wil zeggen om huurder te leren (zelfstandig) te wonen en niet primair om te wonen.”;
in artikel 3 van de overeenkomst staat:
“Deze huurovereenkomst wordt met ingang van12-10-2020. (of zoveel eerder als partijen gezamenlijk overeenkomen) aangegaan voor de periode van de duur van de begeleiding als bedoeld in de tussen huurder en begeleidende instantie gesloten zorgplan en allonge doch maximaal voor een periode van;geldigheid indicatie “beschermd wonen/ondersteund wonen of ggz wonen (wlz)”,met inachtneming van onder meer hetgeen in artikel 3, leden 2 en 3 is bepaald. Deze huurovereenkomst is zodoende aan het zorgplan en allonge gekoppeld, zodat de duur van deze huurovereenkomst daardoor qua tijdsbestek is begrensd. Het gebruik dat huurder van de woonruimte maakt, dient daardoor alsmede als gevolg van hetgeen in de considerans is bepaald, te worden aangemerkt als een gebruik datnaar aard van korte duur isals bedoeld in artikel 7:232 lid 2 BW, waardoor de gewone huurbeschermingsregels niet van toepassing zijn. Verhuurster is gerechtigd de huurovereenkomst te beëindigen en de ontruiming aan te zeggen zodra de begeleidingsovereenkomst ten einde komt c.q. de begeleiding eindigt. Huurder erkent uitdrukkelijk dat het gehuurde tijdelijk aan hem ter beschikking wordt gesteld in het kader van de begeleiding door de begeleidende instantie.”;
i. in artikel 8 van de overeenkomst staat:
“Deze huurovereenkomst maakt integraal onderdeel uit van en is onlosmakelijk verbonden met het tussen huurder en de begeleidende instantie overeengekomen-/ overeen te komen zorgplan en de op 12-10-2020, getekende allonge.”;
in artikel 9 van de overeenkomst staat:
“1. Het door huurder niet, niet behoorlijk, dan wel niet tijdig nakomen van het zorgplan en de allonge wordt door partijen uitdrukkelijk aangemerkt als een toerekenbare tekortkoming in de nakoming van de verplichtingen voortvloeiend uit deze huurovereenkomst.
Huurder verplicht zich reeds nu voor alsdan deze huurovereenkomst na constatering van deze tekortkoming door verhuurster en/of de begeleidende instantie onmiddellijk op te zeggen en het gehuurde binnen 14 dagen na opzegging geheel ontruimd en bezemschoon op te leveren.”;
in artikel 10 van de overeenkomst staat:
“1. Ingeval de dienstverleningsovereenkomst met de begeleidende instantie voortijdig eindigt, eindigt deze huurovereenkomst. De huurovereenkomst eindigt op de laatste dag van de maand volgend op de maand waarin de begeleiding is geëindigd.”;
de huur is vanwege de hiervoor vermelde indicatie door de gemeente aan de Stichting voldaan;
op 13 augustus 2021 heeft er een ‘keukentafelgesprek’ plaatsgevonden waarbij beide partijen, alsmede het Toegangsteam beschermd wonen, betrokken waren. Het Toegangsteam beschermd wonen heeft vervolgens geconcludeerd tot het afwijzen van een indicatieaanvraag voor WMO Beschermd Wonen en tot toewijzing van de maatwerkvoorziening ‘Ondersteund Wonen 1’. Daarover is toegelicht in het Plan van Aanpak d.d. 24 augustus 2021:
“Uit onderzoek is naar voren gekomen dat er sprake is van psychiatrische problematiek waardoor u in het dagelijks leven beperkingen/moeilijkheden ondervindt in uw functioneren. Ondersteuning hierbij kan echter ook middels ambulante begeleiding geboden worden. (…) U vraagt weinig hulp aan begeleiding en begeleidingsmomenten worden vaak door u afgezegd. (…) Door de toegangswerker en begeleiding van WoMB is meerdere keren aangegeven dat beschermd wonen bedoeld is voor cliënten met een intensieve begeleidingsbehoefte en dat er van u verwacht wordt dat u voldoende tijd vrij maakt voor begeleidingsmomenten. (…) Er is momenteel geen sprake van een intensieve ondersteuningsbehoefte, van onplanbare zorg of de noodzaak van 24 uurs toezicht en nabijheid van professionele begeleiding. U bent voldoende zelfredzaam en u bent in staat om zelfstandig te wonen. Uw aanvraag voor de verlenging van uw huidige beschikking wordt daarom afgewezen. Om de zorg te borgen en u de kans te geven op zoek te gaan naar zelfstandige woonruimte wordt uw beschikking verlengd voor de duur van 6 maanden. Gedurende deze periode kunt u nog gebruik maken van begeleiding als vangnet voor uw behandeling., Ook kan begeleiding u ondersteunen bij het zoeken naar vervangende woonruimte. (…)
Huisvesting
De module Huisvesting wordt niet meegenomen in uw beschikking. U heeft voldoende inkomsten om zelf huur te betalen en in uw levensonderhoud te voorzien. (…)
Doel: toewerken naar uitstroom
Begindatum: 12-10-2021
Verwachte einddatum: 12-02-2022
Actie
[gedaagde] gaat op zoek naar zelfstandige woonruimte. Hij onderzoekt wat hij daar voor nodig heeft en vraagt begeleiding indien nodig om hulp. [gedaagde] regelt zijn financiële zaken rondom het scheiden van wonen en zorg. Zolang [gedaagde] beschermd woont kan hij gebruik maken van begeleiding als vangnet na zijn therapie.”;
op 21 oktober 2021 heeft de gemeente op grond van de WMO ten behoeve van [gedaagde] de indicatie Beschermd Wonen afgegeven (met ingangsdatum 13 oktober 2021 en einddatum 12 april 2022);
per brief van 3 november 2021 heeft de Stichting aan [gedaagde] een officiële waarschuwing gegeven:
“I.v.m.. het herhaaldelijk niet nakomen van begeleidingsafspraken krijg je een officiële waarschuwing. Het is op deze manier onwerkbaar voor ons om je te begeleiden. Dit is al eerder met je besproken. Er is o.a. om die reden ook besloten door Toegang Beschermd Wonen dat je indicatie per 13-10-2021 is omgezet naar een indicatie zonder huisvesting met het oog op uitstroom / het vinden van zelfstandige woonruimte. Echter maak je nog steeds nauwelijks gebruik van begeleiding en kom je gemaakte afspraken nauwelijks na. (…)
Wij gaan in overleg over jouw situatie en de mogelijke gevolgen die dit kan hebben voor de zorg en het wonen.”;
per brief van 10 november 2021 heeft de Stichting de zorgovereenkomst met [gedaagde] opgezegd:
“Je hebt een officiële waarschuwing gekregen i.v.m. het structureel niet nakomen van begeleidingsafspraken. Sindsdien (vanaf 1 nov) heb je enkele keren gepoogd om het huurcontract alsnog te komen tekenen, maar daarentegen spreek je uit geen begeleiding meer te willen. Omdat we sindsdien in overleg zijn over de mogelijke consequenties van de zorg en het wonen bij Stichting WoMB (zoals ook in de officiële waarschuwing vermeld stond), hebben we je het huurcontract niet alsnog laten tekenen en je laten weten dat je deze week meer duidelijkheid zou krijgen.
Wij hebben besloten dat we de zorg op gaan zeggen per 11-11-2021 (en daarmee dus ook het wonen aangezien het wonen onlosmakelijk is verbonden met de zorg / en daarnaast is er momenteel geen lopende huurovereenkomst). Je krijgt vanaf 11-11-2021, 14 dagen de tijd om je studio leeg en bezemschoon op te leveren.”.