Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
wonende te [woonadres] ,
woonplaats kiezende ten kantore van mr. J.J.J. van Rijsbergen, Parkstraat 10, 4818 SJ Breda
1.De procedure
- de kennisgeving van inbeslagname op grond van artikel 94 van het Wetboek van Strafvordering (hierna te noemen: Sv), waaruit blijkt dat op 23 maart 2022 onder [belanghebbende] in beslag is genomen: een snorfiets, BTC Riva met [kenteken] .
- het klaagschrift, ingediend op 24 maart 2022 ter griffie van deze rechtbank ingevolge artikel 552a Sv;
- het verweerschrift van de officier van justitie;
- de overige stukken uit het bijbehorende raadkamerdossier met voornoemd raadkamernummer.
2.De beoordeling
3. De beslissing
beroep in cassatieworden ingesteld bij de Hoge Raad der Nederlanden te 's-Gravenhage (artikel 552d lid 2 Wetboek van Strafvordering).