ECLI:NL:RBZWB:2022:835
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Rekestprocedure
- mr. De Beer
- Rechtspraak.nl
Vernietiging erkenning en vaststelling vaderschap in een familierechtelijke procedure
In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 17 februari 2022 uitspraak gedaan in een verzoekschriftprocedure betreffende de vernietiging van een erkenning en de vaststelling van het vaderschap. Verzoeker, geboren in 1965, heeft verzocht om de erkenning door de heer [erkenner] te vernietigen en het vaderschap van de man vast te stellen. De rechtbank heeft vastgesteld dat verzoeker tijdens zijn minderjarigheid op de hoogte was van het feit dat de heer [erkenner] niet zijn biologische vader was, maar heeft geoordeeld dat het vasthouden aan de wettelijke termijn voor het indienen van het verzoek in dit geval een ongerechtvaardigde inmenging in het familie- en gezinsleven van verzoeker oplevert, in strijd met artikel 8 van het EVRM. De rechtbank heeft de erkenning van de heer [erkenner] vernietigd en het vaderschap van de man vastgesteld, waarbij de rechtbank heeft overwogen dat verzoeker recht heeft op een juridische erkenning van zijn biologische vader. De rechtbank heeft de proceskosten gecompenseerd en bepaald dat iedere partij zijn eigen kosten draagt. De beschikking is openbaar uitgesproken door mr. De Beer.