Uitspraak
2.
[gedaagde sub 2],
[gedaagde sub 3],
1.De procedure
- de mondelinge behandeling van 10 november 2022.
2.De feiten
3.Het geschil
€ 746,00(2,00 punten × € 373,00)
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
In deze bodemzaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 14 december 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen ZEGWAARD BEHEER B.V. (eiseres) en BIJ MIJ B.V. (gedaagde). De eiseres vorderde ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van een bedrijfspand te Wouw, vanwege een aanzienlijke huurachterstand die door de gedaagde werd erkend. De huurachterstand bedroeg op het moment van dagvaarden € 18.150,00 en was op de zitting opgelopen tot € 20.043,75. De kantonrechter oordeelde dat de gedaagde tekort was geschoten in de nakoming van de betalingsverplichtingen uit de huurovereenkomst, wat de ontbinding en ontruiming rechtvaardigde. De kantonrechter wees de vorderingen van de eiseres toe, met uitzondering van de machtiging om de ontruiming zelf uit te voeren, aangezien dit niet wettelijk was toegestaan. De gedaagde werd veroordeeld tot betaling van de achterstallige huur en de proceskosten. De ontruimingstermijn werd vastgesteld op veertien dagen na betekening van het vonnis.