Uitspraak
1.de vereniging VERENIGING BUMA,
2. de stichting
STICHTING TER EXPLOITATIE VAN NABURIGE RECHTEN (SENA),
1.De procedure
- het mondelinge antwoord, met producties;
- de conclusie van repliek, met producties;
- de mondelinge dupliek.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
In deze civiele zaak vorderen de eisende partijen, de Vereniging Buma en de Stichting ter Exploitatie van Naburige Rechten (Sena), schadevergoeding van de gedaagde partij wegens het openbaren van muziek in diens winkel zonder de benodigde licentie. De procedure begon met een dagvaarding op 22 augustus 2022, gevolgd door een mondelinge behandeling en de indiening van diverse processtukken. De eisers stellen dat op 18 oktober 2021 een controle heeft plaatsgevonden in de winkel van de gedaagde, waarbij muziek zou zijn geopenbaard die onder het beschermde repertoire van Buma en Sena valt. De gedaagde betwist echter dat er muziek is geopenbaard en voert aan dat hij geen installatie heeft om muziek af te spelen en dat hij geen personeel in de winkel heeft. De kantonrechter oordeelt dat de eisers niet voldoende bewijs hebben geleverd om hun vordering te onderbouwen. De verklaring van de controleur, die geen verdere details kon geven over het openbaren van muziek, wordt als onvoldoende beschouwd. De vordering van Buma en Sena wordt afgewezen, en zij worden veroordeeld in de proceskosten, die aan de zijde van de gedaagde op nihil worden vastgesteld. De kantonrechter merkt op dat de eisers niet hebben voldaan aan hun substantiëringsplicht, maar dat dit geen gevolgen heeft voor de gedaagde, aangezien hij niet in zijn belangen is geschaad.