ECLI:NL:RBZWB:2023:1147

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
13 februari 2023
Publicatiedatum
21 februari 2023
Zaaknummer
405687_13022023
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Rekestprocedure
Rechters
  • mr. Jansen
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Zorgmachtiging voor een beperkte duur toegewezen in het kader van verplichte zorg

Op 13 februari 2023 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Breda, een beschikking gegeven in een rekestprocedure betreffende een zorgmachtiging. Deze beschikking is voortgekomen uit een verzoek van de officier van justitie tot het verlenen van een zorgmachtiging op basis van artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz) voor een betrokkene, geboren in 1988. Het verzoekschrift was ingediend op 26 januari 2023 en bevatte diverse bijlagen, waaronder medische verklaringen en een zorgplan. Tijdens de mondelinge behandeling, die op dezelfde datum plaatsvond, was de betrokkene aanwezig via beeldbellen, bijgestaan door haar advocaat, mr. A.Ch. Osté. De officier van justitie was niet aanwezig.

De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, waaronder neurobiologische ontwikkelingsstoornissen en schizofreniespectrumstoornissen. De rechtbank oordeelde dat er ernstig nadeel kan ontstaan als gevolg van deze stoornis, wat leidt tot de noodzaak voor verplichte zorg. De betrokkene heeft aangegeven geen medicatie te willen gebruiken en heeft een afkeer van de behandeling, wat de rechtbank als onvoldoende ziekte-inzicht beschouwde. De rechtbank heeft geconcludeerd dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn en dat verplichte zorg noodzakelijk is om de geestelijke en fysieke gezondheid van de betrokkene te stabiliseren.

De rechtbank heeft de zorgmachtiging verleend voor een periode van zes maanden, in plaats van de door de officier van justitie gevraagde twaalf maanden. De rechtbank heeft de volgende vormen van verplichte zorg toegewezen: toediening van medicatie, verrichten van medische controles, en aanbrengen van beperkingen in de vrijheid van de betrokkene. De beschikking is mondeling gegeven door mr. Jansen en is op 17 februari 2023 schriftelijk uitgewerkt.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Team Familie- en Jeugdrecht
Locatie Breda
Zaaknummer: C/02/405687 / FA RK 23/378
Machtiging tot het verlenen van verplichte zorg
Beschikking van 13 februari 2023van de rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Breda naar aanleiding van het door de officier van justitie ingediende verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging als bedoeld in artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:
[betrokkene],
geboren op [geboortedag] 1988 te [geboorteplaats] ,
wonende te [woonadres] ,
hierna te noemen: betrokkene,
advocaat: mr. A.Ch. Osté te Dongen.

1.Procesverloop

1.1
Het procesverloop blijkt uit het verzoekschrift, ingekomen ter griffie op 26 januari 2023. Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
- de bevindingen van de geneesheer-directeur van 26 januari 2023;
- de medische verklaring van 24 januari 2023;
- een zorgplan van 23 januari 2023;
- een blanco zorgkaart van 24 januari 2023;
- de gegevens over eerder afgegeven machtigingen ingevolge de Wet Bopz en de Wvggz;
- een afschrift van de justitiële documentatie en de politiemutaties;
- de beschikking van deze rechtbank van 9 september 2022.
1.2
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 13 februari 2023, in de accommodatie van [zorginstelling] , aan de [adres] te [plaats] .
1.3
Tijdens de mondelinge behandeling waren aanwezig en heeft de rechtbank de volgende personen gehoord:
- betrokkene (beeldbellen), bijgestaan door haar advocaat;
- mevrouw [naam] , behandelaar.
1.4
De officier van justitie is zoals hij reeds aangaf in zijn verzoek niet op de mondelinge behandeling verschenen en dus ook niet gehoord.

2.Verzoek

2.1
De officier van justitie verzoekt de rechtbank een zorgmachtiging te verlenen ten behoeve van betrokkene, voor de duur van twaalf maanden en voor de navolgende vormen van verplichte zorg:
- toedienen van medicatie, alsmede het verrichten van medische controles of andere medische handelingen en therapeutische maatregelen, ter behandeling van een psychische stoornis, dan wel vanwege die stoornis, ter behandeling van een somatische aandoening;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen.

3.Standpunten

3.1
Betrokkene verklaart dat zij in de veronderstelling was dat de mondelinge behandeling zou plaatsvinden op haar woonadres. Zij woont nu bij haar vader. Betrokkene geeft aan moe te zijn van alles. Zij heeft de afgelopen jaren veel heftige gebeurtenissen meegemaakt en daar heeft zij last van. Op dit moment wordt de huidige medicatie afgebouwd en zij heeft afgelopen donderdag de laagste dosering gekregen. Van de medicatie ervaart betrokkene bijwerkingen, maar nu de dosering verlaagd is zijn de bijwerkingen minder geworden. Betrokkene heeft een afkeer tegen de medicatie en zij vindt ook niet dat zij deze nodig heeft. Hierover verschilt zij van mening met de behandelaren. Betrokkene betwist de psychische stoornis en geeft aan door de toedoen van anderen in de psychiatrie te zijn beland. Betrokkene vindt dat zij aangifte moet doen tegen deze personen. Betrokkene geeft aan graag te stoppen met de medicatie. Vrijwillig wil zij de medicatie niet innemen nu zij daar niet de noodzaak toe ziet. Betrokkene wil de regie over haar leven terug.
3.2
De behandelaar geeft aan dat er sprake is van miscommunicatie over de plaats van de mondelinge behandeling. Doordat betrokkene bijwerkingen ervaart van de medicatie is deze afgebouwd naar de laagste dosering. Op dit moment is betrokkene gestabiliseerd door de medicatie, maar het eerste jaar na stabilisatie is kwetsbaar. Het is belangrijk dat betrokkene voor een langere periode stabiel blijft om de vicieuze cirkel waar betrokkene in is beland te doorbreken. De verwachting is dat als de medicatie te snel wordt gestopt er een grote kans bestaat dat het misloopt. Dit is in het verleden ook gebleken. Van belang is om in samenwerking te blijven met betrokkene en om over een half jaar de medicatie in samenspraak te evalueren. De zorgmachtiging dient in deze komende periode als vangnet. De voorkeur gaat uit naar een zorgmachtiging voor een jaar omdat anders de behandelaar over drie maanden alweer moeten beginnen met de voorbereiding van een nieuwe zorgmachtiging. Het is dan nog te vroeg om al iets te zeggen over de volgende stap.
3.3
De advocaat verzoekt om de duur van de zorgmachtiging te beperken tot zes maanden. Betrokkene wil nog een periode medicatie blijven gebruiken als dat moet maar een periode van 12 maanden is te lang. Na zes maanden zou geëvalueerd kunnen worden of de behandeling wellicht in een vrijwillig kader kan plaatsvinden.

4.Beoordeling

4.1
Uit de overgelegde stukken en het behandelde tijdens de mondelinge behandeling is gebleken dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, in de vorm van neurobiologische ontwikkelingsstoornissen (o.a. verstandelijke beperkingen en autismespectrumstoornissen) en schizofreniespectrum- en andere psychotische stoornissen. De rechtbank heeft geen reden om te twijfelen aan de medische verklaring. De enkele betwisting van betrokkene maakt dit niet anders.
4.2
Deze stoornis leidt tot ernstig nadeel, gelegen in ernstige psychische schade, maatschappelijke teloorgang en de situatie dat de algemene veiligheid van personen of goederen in gevaar is. Tijdens een psychotische decompensatie is betrokkene zorgmijdend en stopt zij het gebruik van medicatie. Daarnaast is er sprake van verbale bedreigingen en fysieke agressie richting hulpverleners bij psychotische ontregelen. In het verleden is zij haar woning verloren. Gebleken is dat bij continuïteit in het toedienen van medicatie het gedrag van betrokkene redelijk stabiel blijft.
4.3
Om het ernstig nadeel af te wenden, de geestelijke gezondheid van betrokkene te stabiliseren, de geestelijke gezondheid van betrokkene te herstellen en de door de stoornis bedreigde of aangetaste fysieke gezondheid van betrokkene te stabiliseren of te herstellen, heeft betrokkene zorg nodig.
4.4
Gebleken is dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn. De rechtbank heeft onvoldoende vertrouwen in de bereidheid om de behandeling, waaronder de medicatie in het vrijwillige kader voort te zetten. Tijdens de mondelinge behandeling heeft betrokkene bij herhaling aangegeven dat zij geen medicatie wil gebruiken en dat zij moe is van alle hulpverlening. Ook is er sprake van onvoldoende ziekte inzicht. Indien er geen zorgmachtiging is zal zij de behandeling en het gebruik van de medicatie stoppen. Om die reden is verplichte zorg nodig.
4.5
De in het verzoekschrift opgenomen vormen van verplichte zorg zijn gebaseerd op de medische verklaring, het zorgplan en de bevindingen van de geneesheer-directeur. Deze vormen van verplichte zorg zijn door de rechtbank tijdens de mondelinge behandeling besproken. Gelet op het voorgaande acht de rechtbank de volgende vorm van verplichte zorg noodzakelijk om het ernstig nadeel af te wenden:
- toediening van medicatie;
- verrichten van medische controles;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen.
De verplichte zorgvorm ‘andere medische handelingen en therapeutische maatregelen’, zoals verzocht door de officier van justitie, zal de rechtbank niet overnemen in de zorgmachtiging nu betrokkene dit niet nodig heeft.
Gelet op de mondelinge behandeling wordt onder de verplichte zorg ‘aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten’, verstaan dat betrokkene periodiek contact heeft met het FACT-team. De rechtbank wijst deze vorm van verplichte zorg op deze wijze toe.
4.6
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben.
4.7
De voorgestelde verplichte zorg is evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt dat bij het bepalen van de juiste zorg rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
4.8
Gelet op het voorgaande is voldaan aan de criteria voor en doelen van verplichte zorg als bedoeld in de Wvggz. De zorgmachtiging zal wel, anders dan verzocht, worden verleend voor de duur van zes maanden. Voor betrokken is het heel belangrijk dat zij weer regie krijgt over haar leven. Zij zou graag meer samenwerking willen zien. De periode van 12 maanden is voor haar te lang om te overzien. De rechtbank ziet bovendien een stijgende lijn bij betrokkene en de mogelijkheid bestaat dat betrokkene over een aantal maanden wel in staat is om in een vrijwillig kader hulpverlening te accepteren. Derhalve zal de zorgmachtiging voor een kortere periode worden toegewezen.

5.Beslissing

De rechtbank:
verleent een zorgmachtiging ten aanzien van
[betrokkene], geboren op [geboortedag] 1988 te [geboorteplaats] , inhoudende dat bij wijze van verplichte zorg de volgende maatregelen kunnen worden getroffen:
- toediening van medicatie;
- verrichten van medische controles;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen;
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met 13 augustus 2023,
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is mondeling gegeven door mr. Jansen, rechter en in het openbaar uitgesproken op 13 februari 2023 in tegenwoordigheid van Can als griffier, en op 17 februari 2023 schriftelijk uitgewerkt en ondertekend.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.