Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.De procedure
- het tussenvonnis van 25 mei 2022.
- de mondelinge behandeling op 16 november 2022 en de ter gelegenheid daarvan door [eiser] en De Zeeuwse overgelegde spreekaantekeningen
- de zittingsaantekeningen van de griffier, die aan het procesdossier zijn toegevoegd.
2.De feiten
In de meeste situaties zijn wij verplicht loonheffingen in te houden op uw uitkering. Loonheffingen is de verzamelnaam van loonbelasting/premie volksverzekeringen en de inkomens afhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet. Met dit formulier geef u deze gegevens op. Verder geeft u aan of u wilt dat wij de loonheffingskorting toepassen. Wij houden dan minder loonbelasting/premie volksverzekeringen in op uw uitkering.”
3.Het geschil
4.De beoordeling
verzekeraarmag worden verwacht..” De rechtbank begrijpt dat bedoeld is daar waar het woord
verzekeraargebruikt is, bedoeld is
verzekeringstussenpersoon. Voor zover daadwerkelijk eveneens verzekeraar zou zijn bedoeld is onvoldoende onderbouwd waarom deze niet de vereiste zorg zou hebben betracht. De stellingen van [eiser] zijn immers met name gericht op het handelen van ZLM als tussenpersoon. Ten aanzien van De Zeeuwse is betwist dat ZLM kan worden aangemerkt als hulppersoon van De Zeeuwse, nu ZLM op eigen verantwoordelijkheid als tussenpersoon en in opdracht van [eiser] heeft gehandeld. Die stelling is door [eiser] niet betwist. Voor het overige is de vordering voor zover die tegen De Zeeuwse is ingesteld onvoldoende feitelijk onderbouwd. Om deze redenen dient deze vordering voor zover ingesteld jegens De Zeeuwse te worden afgewezen.
- griffierecht € 676,--
- salaris advocaat (2 pnt x tarief € 563)
- griffierecht € 676,--
- salaris advocaat (2 pnt x tarief € 563)