Uitspraak
2.
[gedaagde ],
1.De procedure
- de brief van 13 oktober 2022 met producties van [gedaagden] ;
2.De feiten
“aan de gezamenlijke erfgenamen van [naam 2] (…)exploot doende ten woonhuize van de executeur-testamentair, de heer [executeur-testamentair] , te [adres] , en aldaar afschrift latende aan hem in persoon (de executeur-testamentair voornoemd).”
Cliënt heeft mr. [gedaagde ] de op deze zaak betrekking hebbende bescheiden overhandigd en mr. [gedaagde ] verder de nodige gegevens verschaft, van welke gegevens mr. [gedaagde ] als juist kan uitgaan.”
De opdracht behelst onder meer het:
- aanleggen van een dossier;
- voeren van besprekingen met cliënt, wederpartijen en derden;
- verstrekken van adviezen;
- onderhouden van correspondentie met cliënt en derden;
- rapportering aan cliënt;
- voeren van noodzakelijke procedures;
“Zoals ik u gisteren heb meegedeeld ben ik na de bestudering van de stukken tot de volgende bevindingen gekomen. Op de eerste plaats zijn in beide procedures niet de juiste personen gedagvaard. De dagvaarding is gericht tegen de gezamenlijke erfgenamen. Op grond van de wet dienen de executeurs te worden gedagvaard omdat zij de erfgenamen in en buiten rechte vertegenwoordigen. Nu zijn de executeurs erfgenamen en hebben zij de dagvaarding ontvangen. Daarom is mijns inziens te verdedigen dat deze omissie is gesauveerd.”